Beilen Hervormde kerk

Een aantal gotische kerktorens in Drenthe toont dezelfde kenmerken en we mogen daarbij van een Drents type spreken. Deze torens hebben aan elke zijde in de tweede, derde en vierde geleding één hoge diepe spitsboognis, met gotische traceringen. In de bovenste geleding is de nis geopend met galmgaten. Het zijn slanke, rijzige torens met aan de westzijde een gotische ingangspartij. De toren van Beilen behoort tot dit type, waarop hij in zoverre een variant vormt met de nis in de tweede geleding aan de westzijde, wat nogmaals het verticale element versterkt.

De kerk bestaat uit een schip van drie traveeën en een smaller driezijdig gesloten koor. Het koor met een nieuw stenen gewelf heeft aan de buitenkant dunnere baksteen dan de kloostermoppen van schip en toren en wekt daardoor de indruk later gebouwd te zijn. Bij de restauratie (1937-'38) bleek echter dat de koormuren er al stonden toen het schip gebouwd werd, want de geprofileerde waterlijsten liepen ook om de westzijde van de steunberen die tegen de kerk geplaatst zijn. Aan een latere bekleding van de koormuren is ook niet te denken, omdat de oorspronkelijke muren dan erg dun geweest zouden zijn. Kennelijk zijn dus hier grote en kleine steen door elkaar gebruikt. Kenmerkende details van het schip dat na koor en toren werd gebouwd zijn de diepe geprofileerde spitsbogige poortjes aan noord- en zuidzijde, waar de waterlijst in een rechthoek omheen loopt. Het venster boven het noordelijke poortje heeft zijn oude laatgotische tracering bewaard; bij de overige vensters zijn de stenen traceringen bij de restauratie opnieuw aangebracht. Een aardig detail is het nisje in de westgevel, dat mogelijk vroeger gediend heeft als beeldnis of om er een kerkhoflicht in te plaatsen. De kerk is met de toren in de 15de eeuw gebouwd en samen vormen zij een rijp gotisch geheel. De consistorie aan de zuidzijde is nieuw.

Het interieur is zeer sober. Het oude meubilair is bij de restauratie op het orgel na volledig opgeruimd en de kerk heeft een zware steriele inrichting met massieve bankenblokken, zelfs in het koor. De kerk was voor de restauratie een bankenpakhuis, nadien werd hij het weer, alleen met dit verschil dat de preekstoel verplaatst is van de zuidwand naar de grens van koor en schip.

Bij de restauratie zijn fragmenten gevonden van decoratief beeldhouwwerk in kalksteen, die helaas niet bewaard zijn. Mogelijk hebben ze onderdeel uitgemaakt van een omlijsting van de sacramentsnis in de noordoosthoek van het koor. Het nisje in de zuidoosthoek heeft waarschijnlijk als piscina gediend. Aan weerszijden van de zij-ingangen zitten wijwaternisjes. Een dergelijk nisje troffen we ook bij de westingang aan. De grote korfbogige nissen hebben een decoratieve functie.

Bronnen: Dr. Regn. Steensma Lang de oude Drentse kerken (1977) ISBN 90 246 4213 2 (Bosch & Keuning - Baarn)