Beilen Hervormde kerk (Stefanuskerk)
Informatie over de kerk
Ansichtkaart
Geluidsopnamen Geert Jan Pottjewijd d.d. 30 maart 2022 (na de
restauratie)
- J.S. Bach (1685-1750):
Fuga in G BWV 576 Registratie:
Bourdon 16',
Prestant 8', Octaaf 4', Quint 3', Octaaf 2', Mixtuur
- Enrico Pasini
(1935-): Cantabile nr. 1
Registratie: diverse 8-voets registers
- Enrico Pasini (1935-):
Cantabile nr. 6
-
Willem van Twillert (1952-)
Discant-zetting
Psalm 89
Geluidsopnamen Geert Jan Pottjewijd d.d. 14 april 2017
(voor de restauratie)
- J.S. Bach (1685-1750):
Fuga in G BWV 576
Registratie:
Bourdon 16',
Prestant 8', Octaaf 4', Quikt 3', Octaaf 2', Migtuur
- Max Reger
(1873-1916)
Ach bleib mit deiner Gnade opus 135a Registratie: Holpijp 8', Viola da Gamba
8'
- Hendrik Pieter Steenhuis (1850-1934)
Verjaarsmarsch
Registratie: Bourdon 16', Prestant 16' discant,
Prestant 8', Octaaf 4', Quikt 3', Octaaf 2', Migtuur, Trompet 8' Trio: Prestant
8', Viola da Gamba 8', Holpijp 8'
- Willem van Twillert
(1951)
Bovenstemzetting van Psalm 89 Registratie: Registratie: Bourdon 16',
Prestant 16' discant,
Prestant 8', Octaaf 4', Quikt 3', Octaaf 2', Migtuur, Trompet 8'
-
Franz Anton Maichelbeck (1702-1750)
Gavotte Registratie:
Nachthoorn 4'
Discografie
Foto vanuit http://www.kerkeninbeeld.nl
Foto
Drents Archief
1829: J.W. Timpe plaatste op een onbekend tijdstip tussen 1815 en 1829 een
orgel in de Broederkerk van Groningen. Deze kerk werd in 1815 toegewezen aan de Rooms-Katholieke kerk. Timpe
heeft de kerk waarschijnlijk
tijdelijk gebruikt als opslagruimte/werkplaats totdat de kerk in 1833 weer in
gebruik werd genomen. Het orgel stond toen waarschijnlijk al in de
kerk opgesteld. (15). Informatie over de ingebruikname in Beilen is te vinden in de Boekzaal: "Het orgel
in de fraaie Ned.Herv.Kerk (zij brandde in het 1607 op 1608 tot op de muren af) is ingewijd
den 22 November 1840. De kosten ruim
2000,- werden grootendeels gevonden bij vrijwillige
inteekening in de gemeente en het tekort door een tweede collecte. Dit orgel heeft
ongeveer elf jaar dienst gedaan in de aan de R.K. Gemeente afgestane Academie of
Broederkerk te Groningen (1830). Het werd door de heer B.Kerckhoff van Groningen in
October 1840 uit deze kerk afgebroken en alhier geplaatst. De predicatie werd gehouden
door ds.L.L.van Loenen met eene leerrede over Ps.150". (16)
Van Oeckelen bouwde in 1840 een nieuw orgel voor de Broederkerk te Groningen.
(10)
In de notulen van de kerkvoogdij uit 1840 is geen
informatie over de aanschaf van het orgel te vinden. In deze tijd notuleerde men
alleen de stemmingen voor de benoeming van notabelen en kerkvoogden.
Boekzaal der Geleerde Wereld 1841 april
In het boek "Wereldberoemde klanken - Het Schnitgerorgel in de Der Aa-kerk te
Groningen en zijn voorgangers" ISBN 978.90.5730.775.1 (uitgegeven in 2011) is
op blz. 83 een beschrijving door Peter van Dijk te vinden van het orgel zoals dat in Groningen heeft
gestaan.
Zie hiervoor bijgaande
PDF.
Hier werkt Peter van Dijk een theorie uit dat het mogelijk een
tweemanuaals-orgels was. Door de vondst van de advertentie uit 1833 wordt dit
minder waarschijnlijk.
Er zijn twee advertenties, die betrekking zouden kunnen hebben op het orgel dat
aan Beilen werd verkocht.
Via een advertentie in de Drentsche courant van 23
augustus 1833 bood J.W. Timpe een eenklaviers orgel aan met 9 registers.
Via een advertentie in de Groninger Courant van 16 juni 1840, bood de weduwe
Timpe een orgel te koop aan.
Misschien gaat het hier om hetzelfde orgel dat
blijkbaar in 1833 niet verkocht is.
Mogelijk is het orgel dat in 1833 te koop
werd aangeboden in 1838 het onderpand voor een lening van de weduwe Timpe (Groninger
Archieven, Notarieel archief, J.J. Cremers, inv. nr 23.54, nr 38). In deze
akte
staat het orgel als volgt omschreven: 'hebbende negen registers, twee
afsluitingen, eene koppeling, te zamen twaalf trekkers.' Het aantal registers
klopt met het aantal registers van de advertentie uit 1833. Eigenaardig is dan
de tekst uit de akte van de lening van twee afsluiters en de koppeling. (27)
Drentsche courant 23-08-1833, Groninger courant
16-06-1840
1840: Op
4 september en 1 november staat
in de indices van het Provinciaal College van Toezicht
Hervormde Gemeenten: 4 september 'Aankoop en plaatsing van een orgel in
de kerk.................... Aan de Kerkvoogden de ... machtiging verleend, met
last om voor 1 november te berigten om omtrent de benodigde fondsen ... 20
november No 2'. 1 november: ' (20)
Op
7 september schrijft het College
van Toezicht aan de kerkvoogdij van Beilen een antwoord op een brief van
4 september om voor f 850,- van
elders een orgel aan te kopen. De plaatsing van het orgel vergt een bedrag van f
400,-. De kosten worden zoveel mogelijk gefinancierd uit vrijwillige bijdragen.
Aanvulling door een geldlening. Dit wordt door het college toegestaan mits:
1. om de meest geapste pogingen te verdubbelen ter verkrijging van ruime
vrijwillige bijdragen ter bestrijding der uitgaven voor de onderwerpelijke
lofwaardige Stichting
2. om, zoo onverhoopt al die uitgaven ter zake niet
door het totaal beloop dier bijdragen moge kunnen worden gedekt, alsdien tot
vinding van het tekort eene voordragt aan dit College aan te bieden.
Zullende
in allen gevallen voor 1 november er een verslag ten onderwerp door kerkvoogden
aan dit College behoren te worden aangeboden.
Op
20 november beantwoordt het PCvT
een brief van 17 november uit
Beilen dat de vrijwillge bijdragen voor het nieuwe orgel 'ongenoegzaam' binnen
komen. Men wil een collecte gaan houden. Deze collecte wordt door het PCvT
toegestaan. (28)
1841: Bericht omtrent het aanschaffen van orgels in
Beilen, Hoogeveen en Smilde.
Drentsche courant 20-07-1841
Provinciale
Drentsche en Asser courant 06-09-1859
1862: Op 14 juli besluit de kerkvoogdij voor f 2960,- een
nieuw orgel te laten bouwen door Petrus van Oeckelen. (18)
Op 21 juli werd de aanschaf van
het orgel door de notabelen goedgekeurd.
Op
26 december overleggen notabelen
en kerkvoogden over de financiering van het orgel. Voor 1862 wordt een post van
f 300 gereserveerd. Voor 1864 f 260.
Het restant van f 2.400,- dient als
kapitaal te worden aangetrokken. f 1.600,- dient in mei 1863 beschikbaar te
komen en f 800,- in mei 1864.
De rente zal 4% per jaar bedragen. Afgelost
wordt er vanaf mei 1865 in termijnen van f 200,- De kerkvoogden zullen
toestemming regelen met de Commissie van Toezicht in Drenthe.
1863:
Op 8 januari komt de 'bijna geheele vernieuwing
van het orgel' aan de orde in het College van Toezicht (Zie
verbaal 1). Er wordt verzocht om
een lening af te sluiten van f 2.490,- tegen een rente van 4% en af te lossen in
termijnen van f 200,- vanaf mei 1865.
Op 12
maart geeft het College van Toezicht toestemming voor de orgelplannen. Zie (verbaal
8/6). (30) (31)
De orgelingebruikname
vond volgens de Provinciale Drentsche
en Asser courant plaats op 24 september 1863. Een paar Beilenaren leverde commentaar op
de ingebruikname 29 september.
Foto: Geert
Jan Pottjewijd
1864: Op 19
april wordt een schrijven behandeld van koster/organist A.H. Dikboom. Hij
wil graag teruggaaf van de betaalde grondbelasting voor zijn huis.
Er wordt
besloten dit verzoek niet te honoreren.
Provinciale
Drentsche en Asser courant 26-07-1864
Op
22 juli maakt de kerkvoogdij een
nieuwe instructie met 7 artikelen voor de koster/organist. 6 van de 7 artikelen
hebben betrekking op de kosterstaak. In artikel 4 worden de taken beschreven van
de organist: voorlezen, voorzingen en het orgel te bespelen.
In dezelfde
vergadering wordt ook de nieuwe
organist hoofdonderwijzer Izaak Mulder per 15 augustus benoemd.
Uit
onderstaand bericht blijkt dat er van het oorspronkelijke orgel weinig werd
hergebruikt. Er werd f 2400,- geleend tegen 4% rente per jaar met een jaarlijkse
aflossing van f 200,-.
Verslag van
Gedeputeerde Staten aan de Staten der provincie Drenthe ..., 1864, 01-07-1864
blz 188
1871: Gedeelte uit een reisverlag "Van Assen naar Coevorden
- fragment uit een onuitgegevenreisje door Drenthe" Deel II.
Provinciale
Drentsche en Asser courant 26-04-1871
Provinciale
Drentsche en Asser courant 17-04-1872
1873: In de
kerkvoogdijvergadering van 21
februari wordt een uitgave van f 30,45 genoemd voor het orgel.
1875: Orgel
opnieuw geschilderd in zwart en goud.
Provinciale
Drentsche en Asser courant 18-06-1875
Provinciale
Drentsche en Asser courant 27-06-1882
1901: Er wordt geklaagd over
het slechte onderhoud van kerk en orgel in Beilen
Handelingen der 86ste Gewone Vergadering van de Algemeene
Synode der Nederlandsche Hervormde Kerk, ten Jare 1901
In de
kerkvoogdijvergadering van 25 apri
1906 wordt een brief behandeld van het classicaal bestuur omtrent de
verzekering. besloten wordt de kerk te verzekeren voor f 16.000,- en het orgel
voor f 1500,-
Provinciale Drentsche en Asser courant 10-02-1910
Afwijzing van de inhoud van
een advertentie voor een nieuw schoolhoofd met verwijzing naar mogelijk
organistenschap?
Provinciale Drentsche en Asser courant 27-12-1915, 31-01-1916
1916: In een gezamenlijke vergadering van kerkvoogdij, kerkenraad en
schoolvereniging op 14 december
wordt gesproken over hoe te handelen met de bewoning door koster/organist
Westrup van de kosterij. (18)
1917:
Er ontstaat een discussie omtrent de combinatie koster/organist en het vrij
wonen van de koster/organist naar aanleiding van het overlijden van de vorige
functionaris I. Mulder en de benoeming van een nieuwe onderwijzer. Naar veel
discussie omtrent woning, scheiding van de functies wordt een nieuw
reglement gemaakt. (18)
1921: Op de kerkvoogdijvergadering van
5 augustus wordt besloten een
aantal herstellingen aan de kerk uit te voeren.
Aan de orde komen verfwerk,
electrisch licht. Het orgel zal door Van Oeckelen worden schoongemaakt en
gestemd voor f 200,- (18)
Provinciale
Drentsche en Asser courant 10-11-1921
Afbeelding Stichting Orgelcentrum nr. 1348 (12) Rechts ansichtkaart van voor
de verbouwing uit de jaren '30 van de vorige eeuw (12)
1922: Organist is Jac Westrup
Tijdschrift "Het
Orgel" februari 1923
1923: In de
kerkvoogdijvergadering van 23 juli
wordt besloten de verzekerde waarde van het orgel te vehogen van f 2.500,- tot f
4.000,- (18)
Provinciale
Drentsche en Asser courant 19-01-1925, 20-02-1925
1932:
In de kerkvoogdijvergadering van 12
februari komt de penibele financiële situatie aan de orde. Men probeert
overal kosten te besparen. OOk de organist ontkomt er niet aan. Zijn salaris
wrdt verlaagd tot f 50,- per jaar naast het vrij wonen. (18)
1934: op de kerkvoogdijvergadering van
4 oktober komt aan de orde dat
organist Westrup voorlopig niet kan spelen. Besloten wordt een advertentie te
plaatsen voor een tijdelijke vervanger. (18)
Hetzelfde
komt ook aan de orde in de vergadering van kerkvoogden en notabelen op
18 oktober. (24)
Provinciale
Drentsche en Asser courant 10-10-1934
1936: Op
15 februari komt in de
vergadering van kerkvoogdij aan de orde dat het orgelspel van organist Westrup
de laatste tijd zeer te wensen over laat.Op 17 februari schrijft orgeladviseur K.M. Luijten op verzoek van de kerkvoogdij een
rapport over de toestand van het
orgel. Besloten wordt met hem te bespreken of er een vervanger kan komen. Dhr.
Westrup kan de psalm vooraf aan de dienst blijven voorlezen.
Op de
vergadering van 18 maart wordt
verslag gedaan van het gesprek met organist Westrup. Westrup wil graag in zijn
woning blijven en biedt aan de vervanger f 50,- per jaar te betalen als hij de
woning kan behouden.
Op 20 april
wordt een brief van Westrup behandeld. Hij bedankt als organist H. Spoelder
krijgt al vervanger een tijdelijke benoeming
In de inleiding waarschuwt hij dat er bij de restauratie van de kerk
goed moet worden gekeken naar een goed verwarmingssysteem, zodat het orgel niet
kapot wordt gestookt. Allen het orgel restaureren zal een bedrag vergen van f
2.390,- Uitbreiding met een vrij pedaal met Subbas 16', Octaaf 8', Gedekt
8' en een 2e manuaal met 6 registers zal dit bedrag stijgen tot f 6.045,-
Hij
stelt ook voor om de Trompet 8' te vervangen en een nieuw pedaalklavier aan te
brengen. Het 2e klavier zou in een zwelkast geplaatst moeten worden.
Men gaat
niet met dhr. Luijten in zee gezien een bewaard kranknipsel. (19)
In mei wordt gemeld dat er een
nieuwe organist is aangenomen. Wordt het nu ook niet tijd om het voorlezen van
een psalm vooraf aan de dienst over te laten aan een ouderling in plaats van de
organist? (23)
Links het bewaarde krantenknipsel Rechts: Soortgelijk bericht uit De standaard
08-06-1936
Provinciale
Drentsche en Asser courant 27-04-1937 & Provinciale Drentsche en Asser
courant 29-04-1937
1937-1939: Restauratie van de kerk
Het Noorden in woord en beeld, jrg 11, 1935-1936, no 31, 18-10-1935
Foto: Oud
Drenthe in Woord en Beeld Sam Dice Memories
Dagblad van het Noorden 24 maart 1939
Provinciale Drentsche en Asser courant 24-03-1939
1937:
Tijdens de restauratie van de kerk in 1937/1938 hield een werknemer van aannemer
J.J. Baron een dagboek bij.
Daarin is over het orgel het volgende te lezen:
- 14 april gewaarschuwd om
het orgel te dichten voor het stof
- 19 april weer gewaarschued om het orgel
te beschermen tegen stof. Er wordt een bordje gevonden waarop staat dat het
orgel afkomstig is uit Groningen en werd geplaatst in 1840.
- 21/22 en 26-27,
29 april vanwege het slechte weer op 21 april begonnen met de 'bekleding' van
het orgel. Daarna worden de werkzaamheden 'bekleding' orgel voortgezet.
- 7
juli Plaats van het orgel besproken, wanneer het oude orgel blijft staan dan
terugzetten naar de muur en hoger plaatsen met meer balkon voor de ramen.
-
20 oktober Overleg met architect: Het beste was een orgel te bouwen te
raadplegen voor ombouwing.
- 25 februari Architect maakt schets voor een te
maken 'beton?'-vloer voor orgelgalerij.
- 21 maart Plannen voor
orgelgalerijwijziging
- 25 april - 2 mei Slopen en opruimen van de ombouw van
het orgel
- 6 mei Orgel schoon gemaakt
- 17 juni besproken met aannemer
het maken van banken en orgelgalerij volgens tekening. Aannemer zei dat banken f
2465,- moeten kosten en orgelgalerijdat deze liep tegen de f 500,-
- 17 aug
orgelgalerij volgens afgesproken prijs
- 26 oktober Overleg met architect.
Orgelgalerij blijft zitten evenals het orgel. Hier wordt niets aan veranderd.
Alleen stukken balustrade naast orgel worden terug geplaatst. (29)
In het bestek van de
restauratie staat het volgende over de orgelgalerij: 'Het schot met trap voor de
orgelgalerij uit te breken en het trapgat netjes te dichten volgens eisch. Drie
stuks balken van de orgelgalerij te vernieuwen en een eigen raveelingsbalk uit
den afbraak in te brengen.' (29)
Bemoeienis organist en
orgeladviseur Johan van Meurs met het orgel (09)
De contacten tussen Van Meurs en Beilen werden gelegd door kerkvoogd L.
Nijboer, die hem op 13 juli 1937 schreef: In verband met eventueele
verandering van het Kerkorgel, verzoek ik U beleefd, deze dagen even in Beilen
te willen komen.
Pagina uit de dispositieverzameling van van Meurs. Klik op de afbeelding voor
een vergroting
Van Meurs heeft in zijn archief een aantal ongedateerde plannen
voor het orgel van Beilen gemaakt. Deze plannen werden niet gerealiseerd.
Alternatief 01:
Demonteren, laden dichter bij
elkaar opstellen
Kast verkleinen
Nieuwe frontpijpen
Prestant 16'
vervangen door Voix Celeste
Nieuwe Trompet 8'
Andere Mixtuursamenstelling
Alternatief 02:
Prestant 8' front nieuw,
binnen oud
Holpijp 8' oud
Octaaf 4' oud
Nachthoorn 4' oud
Bourdon
16' oud
Celeste 8' nieuw (44 pijpen)
Octaaf 2' oud
Nasard 2 2/3' (is de
zachter geworden Quint)
Mixtuur 4-5 (anders samengesteld)
Trompet 8'
(pedaal)
Subbas 16' nieuw
Alternatief 03:
Prestant
8' front nieuw, rest oud
Holpijp 8' B/D oud
Octaaf 4' B/D oud
Nachthoorn 4' Bas oud Nasard 2 2/3' Disc oud
Viola di Gamba 8' oud
Voix
Celeste 8' nieuw
Octaaf 2' oud
Mixtuur 4-5 nieuwe samenstelling
Trompet
8' B/D nieuw
(pedaal) Subbas 16' nieuw
Alternatief 04:
1e klavier
Prestant 8' front nieuw,
rest oud
Holpijp 8' oud
Octaaf 4' oud
Octaaf 2' oud
Mixtuur 4-5
nieuwe samenstelling
Trompet 8' nieuw
2e klavier
Prestant 4' (uit 16', rest aangevuld)
Bourdon 8' (uit 16', rest aangevuld)
Voix Celeste 8' 44p nieuw
Viola di Gamba 8' oud
Nachthoorn 4' oud
Nasard 2 2/3'
Pedaal
Subbas 16' nieuw
Tremulant
Getuige de vele speelhulpen zou de registertractuur niet meer mechanisch
zijn.62
Later stelde Van
Meurs een ongedateerd plan in drie fasen op.63
I, schoonmaak, technisch herstel, klavier 6-8 cm hoger aanbrengen, aanspraak
Prestant 16' en 8' verbeteren en aanbrengen Tremulant.
II, de Bourdon 16' C-c plaatsen op 2 kleine pneumatische laden. Bas/discantdeling aanbrengen op
C-c/cis-g.
III, Prestant 16' vervangen door Voix Celeste 8' af c, 65%
tin.
62 Mogelijk heeft Van Meurs in dit laatste ontwerp creatief
gebruik willen maken van het feit dat dit orgel twee ventielenkasten heeft.
63 GrA, toegang 1618, inv. nr. 12.
1938:
Op 12 december 1938 schreef
kerkvoogd Nijboer aan van Meurs: Daar door Monumentenzorg is besloten het orgel niet
te verbouwen, verzoek ik u deze week ten onzen te komen om na te zien wat er
moet gebeuren aan het orgel in onze Herv. Kerk. (09)
Van 15 januari dateert een
begroting waar ook de geschatte kosten voor het orgel staan vermeld. In deze
begroting wordt er nog vanuit gegaan dat de orgelgalerij moet worden vernieuwd.
Orgelgalerij | |
3M3 eikenhout | 660,- |
1.25 M3 vurenhout | 75,- |
werkloon | 600,- |
diversen | 165,- |
ombouwen orgel | 1.500,- |
27-02-1939 | de Jonge lampen orgel | f 25,00 |
16-05-1939 | de Jonge restant nota lampen orgel enz. | f 53,57 |
12-06-1939 | aan Neuhausen op rek. 31 (rest voorgeschoten) totaal f 399,46 | f 275,00 |
04-07-1939 | aan Neuhausen rest | f 500,00 |
12-07-1939 | aan v. Meurs Nota inzake orgel | f 40,00 |
29-07-1939 | aan Spanjaard A'dam kerk en concert orgel | f 50,00- |
Op 3 november maakt de
orgelcommissie een overzicht van de stand van zaken omtrent de geldinzamelacties.
Ruim f 20.000,- is nu bijeengebracht via het verkopen van oliebollen,een
verloting, giften via lijsten en een
bazar.
Op 10 november
dankt de kerkvoogdij oud-predikant A. van Es voor zijn meeleven met de
restauratie. Er is nu 9nmiddels een startkapitaal van f 31.000,- bij elkaar
gebracht.
Op 25 november gaat de Orgelcommissie
akkoord met het voorstel om het
orgel te laten restaureren door Flentrop. (11,
19)
Briefje kerkvoogdij Beilen naar Lambert Erné op 28 november 1966
Op
14 december vraagt de kerkvoogdij
Lambert Erné om toezending van enige beloofde stukken, zodat ze in hun
vergadering 20 december een definitief besluit kunnen nemen over de restauratie.
(11, 19)
1967: In februari
stuurt Erné de papieren voor een
subsidieaanvraag. Hij raadt de kerkvoogdij aan een extra post op te nemen
voor schilderwerk en vergulding van f 5.000,- De kerkvoogdij is namelijk niet
tevreden over de huidige kleur. De rayon-rijksarchitect dient hier echter wel mee in
te stemmen. Erné brengt ook zijn
kosten van f 600,- in rekening. Gezien de tijdsinvestering zou dit eigenlijk
hoger moeten zijn, maar hij handhaaft het bedrag.
Op
24 februari verstuurt
de kerkvoogdij de subsidieaanvraag naar het Ministerie van CRM. Men denkt f 42.000,- nodig te hebben voor de restauratie.
Dezelfde brief gaat naar de provincie.
Op
25 februari wordt Erné door de
kerkvoogdij officieel aangesteld als orgeladviseur. In de brief het verzoek of de
levertijd terug gebracht zou kunnen worden van 4 jaar naar 2 jaar.
Op
25 februari schrijft de
kerkvoogdij aan de afdeling monumenten van het provinciaal museum van Drenthe
dat orgelmaker Ottes niet in aanmerking komt voor de restauratie. Dhr. Erné
heeft over hem een negatief advies uitgebracht.
Op
1 maart
geeft Erné opdracht voor de
restauratie aan Flentrop. Hij maakt daarbij een voorbehoud voor de
subsidieverlening.
Op 10 maart wordt de opdracht door Flentrop
bevestigd. De orgelmaker kan nog
geen definitieve toezegging doen omtrent de levertijd, maar hoopt de werkzaamheden in
de 2e helft van 1969 uit te kunnen voeren.
Op
14 maart stuurt de directeur van
het provinciaal museum een briefkaart naar de kerkvoogdij. Erné zou geen
orgeladviseur meer zijn voor de Hervomde kerk en heeft geen overleg gepleegd met
orgelmaker Ottes over het orgel in Beilen.
Op
23 maart antwoordt de kerkvoogdij
aan het provinciaal museum. Erné is orgeladviseur bij de OHK. Dhr. Erné heeft
een rapport uitgebracht over dhr Ottes en toen uiteraard niet gesproken over het
orgel in Beilen. De OHK wordt op de
hoogte gesteld van deze brief.
Op
29 maart schrijft de OHK aan de
directeur van het Provinciaal museum dhr. Helbers dat Erné orgeladviseur is voor
de OHK.
Op 10 mei schrijft de
OHK dat de 2% die de OHK in rekening brengt voor advieswerk onder de
subsidieverlening valt. (11, 19)
Onbekende krant van 11 februari 1967 (29) Klik op de
afbeelding voor een vergroting.
Op
25 augustus schrijft het
Provinciaal Museum dat ze de waardering van dit orgel een moeilijke zaak vinden.
Het orgel komt niet voor op de rijksmonumentenlijst. Het zou echter jammer zijn
als alle noordelijke Van oeckelen-orgels verdwijnen. Ook is er bij de
restauratie van de kerk in de jaren '30 geen subsidie verleend. Er is dus een
soort ereschuld. Een subsidie van 20% lijkt vernatwoord.
1968: Op
12 januari wordt door het rijk een
subsidie toegekend van 20% tot een maximum van f 8.440,- Het bedrag wordt in
1970 uitgekeerd.
Op 6 februari
een biref van het provinciebestuur van Drenthe. Ze stellen 15% subsidie in het
vooruitzicht. Provinciale Staten van Drenthe zal hierover in mei beslissen.
Op 13 februari geeft de OHK aan
de kerkvoogdijen de nieuwe regels door met betrekking tot de te verlenen
subsidies.
Op 15 februari
wordt een brief naar de gemeente Beilen verstuurd
voor een subsidie. Daarin wordt genoemd dat er al een toezegging van het rijk is
voor 20%.
Op 17 februari
stuurt de kerkvoogdij een brief naar het college van toezicht voor de Hervormde
kerk in Drenthe waarin de stand van zaken rond de restaurtie wordt toegelicht.
De toezeggingsbrief van het rijk voor 20% wordt
doorgestuurd naar Lambert Erné.
Ook wordt gemeld dat er een brief naar de gemeente onderweg is. Men informeert
wanneer Flentrop met het werk gaat beginnen.
Erné
antwoordt op 21 februari dat hij
verheugd is over de toezegging. Flentrop wil graag een defintieve opdracht zodat
zij het werk in 1969 kunnen uitvoeren.
Na telefonisch contact met de
kerkvoogdij meldt de orgelmaker W. Eppinga uit Britswerd op
20 februari dat hij graag bereid
is het orgel te restaureren omdat het op dit moment onbruikbaar is. De
restauratie kan binnen 2 weken beginnen en zal 3-4 maanden duren. Tussentijds
zal gratis een electrisch orgel worden opgesteld. Eppinga biedt aan het orgel
voor f 15.100,- te restaureren. Voor zijn offerte hanteert Eppinga een getypt
formulier met geschreven aantekningen. Onderaan noteert hij het volgende:
Een prachtig instrument, doch deerlijk verwaarloosd. Doch krankzinnig om hier f
40.000 voor te betalen. Voor dat geld kan ik en anderen er een compleet nieuw
instrument leveren van ą gelijke grootte'. Eppinga krijgt op
23 maart een brief van de
kerkvoogdij dat ze niet op zijn voorstel ingaan.
Op 7 maart geeft de kerkvoogdij de
definitieve machtiging aan Erné
voor de opdracht aan Flentrop. Het orgel wordt steeds slechter bespeelbaar. Is
er misschien noodoplossing mogelijk zonder al te veel kosten? Op 12 maart
bedankt Erné voor de definitieve
opdracht, maar ziet geen mogelijkheden om het aangemelde probleem via een
noodoplossing te laten verhelpen. Ook op 12 maart verleend Erné aan Flentrop de
definitieve opdracht.
Op
14 maart verleent het provinciaal
college van toezicht voor de Hervormde kerk van Drenthe toestemming voor de
restauratie.
Op 21
maart accepteert Flentrop de opdracht en brengt
eerste termijn in rekening. Op 23
apil dankt Flentrop voor de
betaling van de 1e termijn.
Op 22
maart stuurt de kerkvoogdij een subsidieaanvraag naar de gemeente Beilen.
Op 23 maart gaat er een brief
naar Monumentenzorg met daarbij een getekende verklaring van de kerkvoogden dat
ze akkoord gaan met de voorwaarden van de subsidieverlening.
Op
25 april sluit L. de Jong van het
Bureau Monumentenzorg zich aan bij het standpunt van zijn voorganger om subsidie
toe te kennen door de provincie.
Op 6 mei
meldt de kerkvoogdij dat de
provincie 15% heeft toegezegd en de gemeente 20%. Men vraagt naar het adres van
het Prins Bernard Fonds om ook daar een subsidie aan te vragen.
Dit wordt
besloten door de provincie in de
vergadering van Vergadering op 17 april 1968 (14)
Op
25 juni komt de brief van het
provinciebestuur van Drenthe dat tot een subsidie van 15% is besloten.
Op
23 september meldt Flentrop aan
Erné dat ze op maandag 30 september het orgel willen demonteren en overbengen
naar de werkplaats. Flentrop plant ook een bespreking tussen Erné, Flentrop en
de Rijksorgeladviseur om de restauratie verder te detailleren.
Op 3 oktober
volgt een specificatie van
Flentrop aan Erné van alle uit te voeren werkzaamheden. In dit document worden
de restauratie werkzaamheden zeer uitvoerig beschreven. Aan het orgel wordt
weinig gewijzigd. Het meeste dient te gebeuren aan de windladen, die zijn
doorgebogen, waardoor ze volledig gedemonteerd moeten worden en gevlakt. Ook
wordt een hechthouten dekplaat aangebracht. De onderslepen worden dunner gemaakt,
waardoor een masonite bovensleep kan worden opgemonteerd en de sleepconstructie
van Flentrop kan worden toegepast. Stokken en roosters blijven ongewijzigd.
Volgens Flentrop is de toonhoogte niet gewijzigd. Dit is te zien aan de
expressions die zeer consciëntieus zijn aangebracht en regelmatig zijn
aangebracht. Ook zijn de gedekte pijpen voorzien van krantenpapier uit 1863. Dit
is de sterkste aanwijzing dat de toonhoogte niet is veranderd.
Op
4 oktober een telefoonnotitie van
de kerkvoogdij met Steketee van Flentrop.
-Flentrop vervangt verwormde delen
van de orgelkas
-Schilderwerk valt buiten de offerte
-Electrische
schakeling en windmotor komen tegen de achtermuur
-De offerte is exclusief
verblijfkosten. Reiskosten zijn inbegrepen.
Op 10 oktober
schrijft J.A. Steketee van
Flentrop Dat voor het montagewerk in Beilen alleen reiskosten in rekening worden
gebracht, omdat de werkzaamheden worden verricht vanuit de werkplaats in Zwolle.
De intonatie zal gebeuren door werknemers uit Zaandam, waarvoor logies in Beilen
geregeld moet worden.
Op 12 oktober
stuurt de kerkvoogdij de gele kwartaalopgaven van het ministerie van CRM
naar Erné. Ook wordt de toezegging vermeld van de subsidies door gemeente en
provincie.
Op 14 oktober
stuurt de gemeente Beilen een brief dat de subsidie van 20% is toegekend.
Op 29 oktober een
rekening van Elektrohuis Knol uit Beilen voor aanbrengen elektra bij het
orgel van f 211,91
Op 2 november komt er een
rekening van de OHK van f 89,50 voor een deel van de kosten van het advieswerk.
Op 26 november een rekening van
Flentrop voor het maken van de onderstukken voor de frontpijpen (f 1.350,-) en
het aanbrengen van bladgoud voor de labia van de frontpijpen (f 1.160,-)
Op
30 november bedankt de
kerkvoogdij voor het toekennen van de subsidie en vraagt of een voorschot op de
subsidie omdat er al rekeningen zijn betaald.
In
november een rekening voor f 9,21
van bouwbedrijf H.E. Stevens uit Beilen voor het leveren van hout.
Op
11 december doet het
schildersbedrijf Manak uit Assen een prijsopgave voor het schilderen van het
orgel voor f 4180,-
Op
23 december ontvangt Erné een brief van Corneille
F. Janssen, directeur van het Drents
museum en Monumentenzorg Drenthe, omtrent het schilderwerk aan het orgel. Hij
verzoekt de kerkvoogdij contact op te nemen met Corneille F. Janssen omtrent de
uitvoering van het schilderwerk.
Eind december 2
rekeningen aan de kerkvoogdij voor
het verblijf van 2 orgelmakers voor 3 dagen in Beilen en 132 koppen koffie.
Erné stuurt op 24 december een
rekening van f 589,10 voor zijn advieswerk op basis van de offerte van
Flentrop. Hij stelt ook vast dat het eindbedrag van de door monumentenzorg
goedgekeurde begroting niet zal worden overschreden.
Het schilderwerk van het
orgel wordt in december gegund aan
Manak en Zoon uit Assen voor het bedrag van f 4.180,- Het werk dient in overleg
met de directie van ht Drents museum te worden uitgevoerd.
Op 30 december een
rekening van Flentrop voor de tot
dan toe uitgevoerde werkzaamheden van f 21.771,62 Ook wordt gespecificeerd welke
kosten nog in 1969 zijn te verwachten.
Op
30 december schrijft de
kerkvoogdij aan Flentrop dat ze akkoord gaan met heen en weer reizen tussen
Zwolle en Beilen voor de monteurs. De schilder Manek en Zoon begint op 2 januaro
met het schilderwerk.
Op 31 december een
overzicht van de kerkvoogdij voor
Erné van alle tot nu toe betaalde kosten voor de restauratie excl. de laatste
rekening van Flentrop. (11, 19)
1969:
Brief 6/1 van Erné aan Flentrop,
waarin hij vraagt om een overzicht van de tot nu in rekening gebrachte kosten.
Het bladgoud op de labia kan nu ook worden aangebracht omdat het schilderwerk is
afgerond.
Op 16 januari ontdekt
Flentrop dat op de rekening van 30 december 1968 de eerste termijn van f
5.970,-, die al betaald is, niet in mindering is gebracht. De rekening wordt
daarom aangepast.
Op 8 maart
stuurt de kerkvoogdij aan het Bedrijfschap Schildersbedrijf formulieren voor het
verkijgen van een subsidie.
De kerkvoogdij stuurt op 19 maart een
uitnodigingen voor de ingebruikname van het orgel op 2 april
om 19:30 uur met een
korte zangdienst. Na de dienst een kopje koffie in het Wilhelminagebouw en
gelegenheid voor een toespraak.
Op
18 maart meldt de kerkvoogdij aan het provinciebestuur dat de restauratie
bijna is voltooid. is het mogelijk een voorschot op de subsidie te ontvangen?
Op
21 maart dankt de OHK voor de uitnodiging maar zien geen kans het
bij te wonen.
In maart rekeningen
voor geleverde koffie voor de orgelmakers (f 58,20), kostgeld stemmers Bos en De
Ruiter (f 286,-) en nog een keer 108xkoffie (32,40).
In maart een
rekening van Elektrohuis H. Knol
voor elektra bij het orgel van f 139,29 Schildersbedrijf Manak & Zoon
factureert het schilderswerk. Het
aanbrengen van houtimitatie en vergulde wordt gespecificeerd.
In maart
krijgen de leden van de orgelcommissie een
uitnodiging om aanwezig te zijn
bij de ingebruikname op 2 april om 07:50 nm met een korte zangdienst. Betrokken
instanties en Lambert Erné worden ook
uitgenodigd. Zie ook de
lijst met uitgenodigden.
Het
orgel werd op 2 april in gebruik genomen met een zangdienst, waarbij Lambert
Erné het orgel bespeelde en tussen de gezangen literatuur speelde. Zie
orde van dienst van de
ingebruikname.
Op 10 april
volgt de eindafrekening door
Flentrop van f 5.287,09 Op de bijbehorende brief een discussie tussen Erné en
Flentrop welke informatie nu wel en niet op een orgelfotokaart zou moeten staan.
Ui de rekening blijkt ook dat er een nieuwe windmotor is geplaatst.
Op 21 mei
meldt Flentrop dat de rekening van
eind december 1968 is betaald, maar dat de eindafrekening nog open staat.
Op
26 mei een brief van Erné aan de
kerkvoogdij met een overzicht van de stand van zaken rond de informatie voor het
ministerie van CRM en de basis voor zijn eigen honorarium.
Het
eindrapport van Erné en zijn
eindafrekening (f 1.177,87) dateren ook van 26 mei. Hij is zeer tevreden met het
eindresultaat en noemt speciaal het herstel van de oude windvoorziening, die nu
ook weer getreden kan worden. Hij ziet deze windvoorziening als een overgang
tussen de spaanbalgen en de magazijnbalgen.
Op 30 mei
bericht de OHK dat het rapport van Erné ontvangen is en dat dhr. W. Hülsmann
graag op 3 juni langs wil komen voor het eindrapport van de OHK.
Op 17 juni het eindrapport door
W. Hülsmann van de OHK. Hij is zeer tevreden over het
eindresultaat en schat de verzekeringswaarde van het orgel nu op f 80.000,-
Enkele kleine mankementen worden aan Flentrop gemeld.
Op 10 juli stuurt de kerkvoogdij
een brief aan assuradeur Kuik dat de verzekeringswaarde van het orgel moet
worden verhoogd tot f 80.000,-
Op
11 juli stuurt de kerkvoogdij een overzicht van de gamaakte kosten naar Erné.
Gevraagd wordt of de kosten van de receptie bij de ingebruikname ook voor
subsidie in aanmerking komen.
Eind augustus
schrijft de kerkvoogdij aan Erné
dat ze nu de laatste rekening van f 121,70 van de HK
binnen hebben. (11, 19)
Onbekende kranten (29) Klik op de afbeelding voor een
vergroting
Foto: Geert Jan Pottjewijd Klik op de afbeelding voor een vergroting
Foto: Geert Jan Pottjewijd Klik op de afbeelding voor een vergroting
1970: Op 10 januari
schrijft Erné dat de
eindafrekening van de OHK niet overeen komt met de
informatie die hij heeft ontvangen van de kerk, waardoor hij nog niet alles voor
rijksdienst voor monumentenzorg kan invullen. De kerkvoogdij dient contact op te
nemen met de dienst voor de ontbrekende informatie.
Op 16 januari meldt de
OHK dat er inderdaad een fout gemaakt en
stuurt de correcte gegevens.
Op 5 februari maakt de secretaris
van de kerkvoogdij voor Erné een overzicht van de nota's die betrekking hebben
op de orgelrestauratie. Alle nota's zijn nu betaald. De provincie heeft al een voorschot betaald van f 5.000,- en
de gemeente Beilen van f 7.000,- (11, 19)
1971: Op 16
november stuurt de OHK informatie omtrent de eindafrekening. De kosten van
de recptie na de ingebruikname komen niet voor subsidiering in aanmerking.
Op
13 november stuurt Flentrop een nota
voor het verhelpen van een storing aan het orgel. Reparatie is gratis vanwege de
garantie.
Op
29 november stuurt de kerkvoogdij de geldelijke verantwoording naar het
Ministerie van CRM, het
Provinciaal Bestuur en de
gemeente Beilen. De inzending
werd vertraagd door het overlijden van de orgeladviseur Erne.
Op
22 december schrijft de gemeente
Beilen dat f 12,84 zal worden overgemaakt, zijnde het restant van het te
subsidieren bedrag na het betalen van het voorschot van f 7.000,- (19)
1972: Op 10
februari schrijft L. de Jong van het bureau Monumentenzorg dat hij geen
contact kan krijgen met Rijksorgeladviseur Oussoren om de financiële
verantwoording rond te krijgen.
Op 2 juni
volgt de eindafrekening van het ministerie van CRM. De kosten van het historisch
onderzoek van f 600,- zijn niet subsidiabel. Het voorschot van f 7.038,-
is daardoor te hoog. Graag een bedrag van f 145,- terug storten.
Op
8 augustus schrijft de provincie
aan beilen dat de provinciale subsidie is vastgesteld op 15 % van f 34.464,20 =
f 5.169,63. Er is al f 5.000,- uitgekeerd. het resterende bedrag zal worden
betaald.
Op
14 augustus de eindafreking met
de provincie Drenthe. Hier resteert nog een uitbetaling van f 169,63 (19)
Op 15 september wordt een overzicht
gemaakt van de ontvangsten en uitgaven van de restauratie. Er blijkt een
positief saldo te zijn van 8.761, 73 (22)
1973:
Op 1 maart schrijft Flentrop aan
de kerkvoogdij dat de organist heeft gevraagd of de pianforte-trede gerepareerd
kan worden omdat hij niet goed functioneert. DE kosten worden ingeschat op ca. f
180,-.
1976: Op
2 februari meldt de kerkvoogdij
aan Flentrop dat er hangers optreden. Kan er delezelfde week nog iemand komen om
het probleem te verhelpen?
1979: Op
6 januari vraagt de kerkvoogdij
aan Flentrop of het orgel gestemd kan worden. Ook zouden wat kleine gebreken
dienen te worden verholpen. Toetsen blijven hangen en een stuk lofwerk is
losgeraakt.
De kerkvoogdij vraagt
aan Flentroop wat de verzekerde waarde van het orgel moet zijn. Flentrop
antwoordt op 20 juni dat de
vervangingswaarde f 265.000,- bedraagt.
2010: Stef Tuinstra maakt in mei een
restauratieplan. Dit plan wordt
niet uitgevoerd.
2011: Groot onderhoud door Kaat &
Tijhuis te Kampen met de meest noodzakelijke werkzaamheden. Er werd ook een
restauratieplan gemaakt dat
echter niet is uitgevoerd
2012: Wim Boer ontdekt op de
achterkant van het knieschot van de klaviatuur een met potlood getekende
plattegrond van de binnenstad van Groningen.
Het is lastig te achterhalen van
wanneer deze plattegrond dateert en wie hem heeft getekend. Het moet na
1887 zijn omdat het Academisch Ziekenhuis aan de Oostersingel er al op staat.
Beschrijving: De geschiedenis van het orgel te Beilen is door ontbrekende archiefstukken moeilijk te doorgronden. Al het pijpwerk stamt zeer waarschijnlijk uit
1862, toen het orgel door van Oeckelen werd omgebouwd en werd uitgebreid met twee pijpvelden ter rechter- en linkerzijde van de orgelkas. Wanneer deze
uitbreiding precies is uitgevoerd is niet zeker. Dit kan zowel in 1840 als in 1862 zijn gedaan. De uitbreiding is binnenin de orgelkas nog goed te zien door naar beneden uitstekende
houtdelen van de oorspronkelijke kas. In Harlingen breidde Van Oeckelen een van Gruisen orgel op een soortgelijke manier uit. Ook zijn er berichten die er op wijzen dat het
orgel ooit een vrij pedaal zou hebben bezeten, maar dit kan nergens worden aangetoond.
Dispositie:
Manuaal | Al het pijpwerk stamt zeer waarschijnlijk uit 1862 | |
Prestant | 8' | |
Prestant | 16' discant | Vanaf e |
Bourdon | 16' | |
Viola da Gamba | 8' | |
Holpijp | 8' | |
Octaaf | 4' | |
Nachthoorn | 4' | |
Quint | 2 2/3' | |
Octaaf | 2' | |
Mixtuur | III-IV-V b/d | Samenstelling: C: 2, 1 1/3, 1 f: 4, 2 2/3, 2, 1 1/3 f': 8, 5 1/3, 4 2 2/3, 2 |
Trompet | 8' b/d | Metalen stevels en koppen |
Pedaal |
||
C - d' | ||
Trede voor Forte and Piano | De quint, octaaf 4' en 2', mixtuur en trompet kunnen door middel van deze trede in 1 keer worden uitgeschakeld. De trede moet daarbij constant ingedrukt worden gehouden |
2013: Begin oktober ontving de kerk een bericht van het
Notariaat Midden-Drenthe dat in een testament van een gemeentelid een schenking
was opgenomen voor de Protestantse Gemeente Beilen-Hijken-Hooghalen ter grootte
van ca. 290.000,-.
In het testament is een bepaling opgenomen dat de
schenking uitsluitend besteed mag worden aan het orgelfonds. Het College van
Kerkrentmeesters heeft deze schenking in grote dank aanvaard. (kerkblad herv.
kerk nov 2013)
Deelrestauratie door orgelmaker Henk Heideveld.
De
houten pijpen van de Bourdon 16 zijn gerestaureerd. Ze waren verwormd en de
lijmnaden lieten los.
Nieuwe pakking en afdichting. Loopplanken aangebracht
en winkelbalk gefixeerd.
De windlekkage verholpen via een tijdelijke
oplossing. Het leer is zeer slecht en zou eigenlijk vervangen moeten worden. (07)
Foto: Henk
Heideveld (07)
2013: De PKN Beilen
erft een bedrag van bijna EUR 300.000,= met als oormerk de orgels van de
Stefanuskerk en de Pauluskerk.
Zie:
http://www.rtvdrenthe.nl/nieuws/70587/Erfenis-van-3-ton-voor-kerkorgels-Beilen
2015: Restauratie van
het pedaalklavier door orgelmakerij Heideveld.
Het eiken pedaalklavier is
sterk versleten. De toetsen worden uitgestukt en opgevuld met oud eiken. Het
raamwerk is ooit met de vloer mee geverfd in een bruine kleur (vloer is nu grijs).
De verf wordt verwijderd met afbijtmiddel en daarna in de bijenwas te gezet.
(originele toestand)
Het pedaal ligt nu verzonken in de vloer. Jammer genoeg
kan dit niet eenvoudig ongedaan worden gemaakt. (Verder onderzoek zou wenselijk
zijn)
in het raamwerk van het pedaal worden nieuwe leren bevoeringen
aangebracht.
De toetsveren worden gecontroleerd en op juiste spanning
gebracht. Daarna wordt het Pedaal opnieuw ingeregeld. (08)
Toestand 2014 voor
restauratie
Bij de restauratie kwam er ook een groen-/blauwachtige
onderste kleurlaag tevoorschijn.
2017: Volledige restauratie van het orgel gestart in
september 2017 door orgelmaker Henk Heideveld, bijgestaan door een groep
vrijwilligers.
De voortgang van de restauartie is te volgen op fabook:
https://www.facebook.com/restauratieorgelbeilen/
Tijdens de restauratie
werden kogelgaten ontdekt in de balg van het orgel.
Zie onderstaand artikel
uit het Nederlands Dagblad d.d. 13 oktober 2017
Ook RTVDrenthe
besteedde aandacht aan de vondst. Zie
http://www.rtvdrenthe.nl/nieuws/126786/Kogelgaten-gevonden-in-kerkorgel-Beilen
De bovenkant van de orgelkas is afgedekt met zink om het orgel te
beschermen tegen lekkage. In het zink hebben enekle personen in 1939 hun naam
achtergelaten.
Zie onderstaande afbeeldingen. Klik op de afbeelding om te
vergroten. Foto's Henk Heideveld.
2021: De werkzaamheden om de kerk geschikt te maken als
concertlocatie zijn nu zo ver gevorderd dat orgelmaker Henk Heideveld weer
verder kan met de
plaatsing van het orgel. Het orgel lag opgeslagen in de consistorie van de kerk.
Helaas is er waterschade ontstaan door het foutief plaatsen van een
watermeter door de WMD. Deze waterschade is inmiddels hersteld. Adviseur is Dirk
Bakker uit Piershil.
Bij de
herplaatsing van de harp op het orgel werd een inschrift ontdekt: "W. Lok
1939". Blijkbaar heeft deze W. Lok Neuhauser geassisteerd bij de
werkzaamheden aan het orgel in 1939.
Foto's: Henk Heideveld (13)
Opnamen:
CD VLC1091 | Henk Gijzen | Jesu meine Freude Nachspiel fürs volle Werk |
Johann Christian Rinck Michael Gotthardt Fischer |
Restauratie-rapport door Lambert Erné in november
1966
Historisch overzicht van de geschiedenis van het orgel
In de Hervormde kerk van B E I L E N
Alhoewel het orgel van bovengenoemde kerk niet van hoge ouderdom
Is, kon, ondanks veelvuldig speuren het bouwcontract tot op heden
nog niet worden gevonden. Het instrument is namelijk niet voor de
Hervormde Kerk te Beilen gebouwd, doch afkomstig uit een ander gebouw,
alhoewel de vormgeving van de brede orgelkas merkwaardigerwijze als
het ware voor de kerk is geschapen.
Volgens het boekwerk "De Ned. Hervormde Kerk in haar in- en uitwen-
dige staat" van Ds. Van Oosterzee op blz. 249, zou het instrument
afkomstig zijn uit de Broederenkerk te Groningen en in het jaar
1840 in Beilen zijn geplaatst.
Dat met het onderhavige instrument niet een voordien in deze kerk
geplaatst orgel aangeduid zou kunnen zijn, bewijst het in 1840 verschenen
Deel II van "van der Aa's Aardrijkskundig Boek de Nederlanden" op
bladzijde 251, aanvangende op blz. 250 met Beilen (onderaan) "De
Hervormde Kerk te Beilen is een ruim gebouw, van hetwelk men de
tijd der stichting niet met zekerheid weet op te geven, maar het
zeker een der oudste van de provincie Drenthe. Men heeft daar
geen orgel" enz. enz.
Aansluitend op het vorenstaande kan het bericht gezien worden,
Dat M.H. van't Kruijs in 1885 publiceerde op pag. 151 van zijn dis-
positievezameling, waarin vermeldt wordt, dat P. van Oeckelen in
1840 in de R.K. Broederkerk van Groningen een tweeklaviers or-
gel met vrij pedaal van 26 stemmen bouwde.
De datum, voorkomende op de destijds samengestelde Voorlopige Lijst
der Nederlandse Monumenten van geschiedenis en kunst, te weten
1840, is dan ook niet juist. In eerste aanleg dateert het orgel
van vroeger datum.
Een verdwenen opschrift op het orgel luidde: "Dit orgel is door
de heer B. Kerkhoff van Groningen in Oct. 1840 uit de Broerkerk
aldaar afgebroken en hier geplaatst." Kerkhoff was echter niet
de maker van dit orgel, doch verkocht de vrijkomende orgels voor
de R.K. kerk, die na 1820 de beschikking over de
Broerkerk kregen en de z.g. schuilkerken sloten.
De inwijding van dit orgel in Beilen vond plaats op 22 November
1840. Het instrument telde 9 stemmen en een vrij pedaal. Het is
hersteld in 1862 en bezit thans 11 stemmen met een aangehangen
pedaal. Als maker laat zich met vrij grote zekerheid van Oeckelen
noemen. De door de Hervormde Gemeente betaalde som be-
draagt volgens opgave f1523.-. (dienst 1843, overlegd aan College
van Toezicht.) Volgens andere geschiedschrijvers ruim f2000.-.
Aangezien een brand vele archiefstukken in het verleden heeft
verteerd is niet meer nauwkeurig na te gaan, welke werkzaamheden
in of omstreeks 1862 werden uitgevoerd.
Niet kan worden aangenomen, dat het instrument na 20 jaren gebruik
geheel is vernieuwd in bedoelde periode. Er is trouwens sprake
van restauratie en uitbreiding in die periode.
Desondanks vertoont het orgel een totaliteit van een
éénklaviers- orgel
uit het midden van de vorige eeuw, van de makelij van van Oeckelen.
Alhoewel de huidige toonhoogte normaal kan worden genoemd zijn ge-
dekte pijpen afgesneden en de stemkrullen van de sprekende frontpijpen
lager gedraaid, waarbij deze tegen de hangers en stiften op
meerdere plaatsen gewrongen zijn.
Expressions zijn in de grotere pijpen gesneden en waarschijnlijk
kleinere pijpen afgesneden.
De windladen zijn verdeeld in C en Cis lade, terwijl onder de C lade
een magazijnbalg ligt, die oorspronkelijk zijn wind toegevoerd kreeg
Via het trappen van twee schepbalgen, welke nog onder de Cis lade
liggen en waarvan de trappers zijn afgezaagd. Voor enige jaren is
Een ventilator aan de magazijnbalg aangesloten, die thans deze balg
van wind voorziet.
De dispositie van het onderhavige orgel is als volgt:
Prestant 8 voet
Prestant 16 voet van klein e
Bourdon 16 voet
Holpijp 8 voet
Fluit 4 voet
Octaaf 4 voet
Quint 3 voet
Octaaf 2 voet
Mixtuur 3-4-5 sterk; bas en diskant
Trompet 8 voet bas en diskant
Viola da Gamba 8 voet
De manuaalomvang is van C groot octaaf t.e.m. g 3 gestreept oc-
taaf. De omvang van het aangehangen pedaal is van C groot t.e.m.
d 1 gestreept octaaf.
De opeenvolging op de windlade is een normale gang van za-
ken afwijkende. De lade heeft namelijk twee kleppenkasten, terwijl
de grote en zachte labiaalstemmen voor op de lade staan en de an-
dere op de achterste helft.
De windtoevoer tot de z.g. sterke stemmen kan door middel van
een klep in het toevoerkanaal naar de achterste helft afgesloten
worden. Ter bediening van deze klep is een trede aangebracht.
De opeenvolging is dan aldus:
Prestant 8 voet
Prestant 8 v16 voet vanaf klein e
Viola di Gamba 8 voet
Holpijp 8 voet
Fluit 4 voet
Bourdon 16 voet
Op tweede helft:
Octaaf 4 voet
Quint 3 voet
Octaaf 2 voet
Mixtuur 3-4-5 sterk
Trompet 8 voet
Het geheel is zeer ruim opgesteld in de orgelkas.
De huidige toestand van het orgel vertoont de volgende gebreken:
Windladen: | Vrij sterke door- en bijspraak |
Mechanieken: | Rammelen in de draaipunten, zowel van toets- als van registertractuur. Een winkelhaakregel boven het klavier is vernieuwd en fabriekmatige winkels zijn aangebracht. Van vrij recente datum. Tractuur loopt scheef door onjuiste indeling van de draaipunten. |
Windvoorziening: | Als voren reeds omschreven. Herstel aansluiting balgen mogelijk voor eventuele storing van toevoer stroom op motor. Tamelijk goede staat wel lekkage aanwezig. |
Pijpwerk: | Deels door versuikering aangetaste pijpvoeten. Welke in vroeger perioden in lak zijn gedompeld. Hier en daar gescheurde en geknepen pijpranden, tengevolge van stemmen met lekke windladen. Toonhoogten en expressions als boven omschreven. Tongwerk trompet 8 voet heeft vee beschadigingen opgelopen in bekers en bij stemkrukken. Dit tongwerk spreekt slecht aan en is thans niet bruikbaar. In het algemeen voor de bouwperiode weinig kernsteken. |
Orgelkas en houtwerk: | Hang en sluitwerk van luiken in tamelijk goede staat. Houtworm aanwezig in meerdere houten delen en snijwerk ter weerszijden van de orgelkas. |
Klavier: | Enige stukjes toetsbeleg zijn verdwenen, het middengedeelte van het klavier is uitgesleten. |
Restauratieplan: | |
Windladen: | Geheel uit elkaar nemen, schoonmaken , richten en ev. Bijschaven. Opnieuw verlijmen en slepen voorzien van z.g. moderne sleepconstructie, ter voorkoming van door- en bijspraak. Ventielen ev. Opnieuw beleren, pulpeten vervangen, ev. door schijven. |
Mechanieken: | Uit elkaar nemen. De oorspronkelijke delen schoonmaken, roestwerend behandelen wat de metalen delen betreft, draaipunten opzuiveren, rammelvrij maken en namaakregel boven klavier vervangen door bij het werk passende nieuwe met idem winkelhaken. Eventueel onbetrouwbaar geworden draadwerk vernieuwen. |
Pijpwerk: | Schoonmaken, opronden en solderen waar noodzakelijk is. Indien na overleg met Rijksadviseur na demontage en verder onderzoek besloten wordt, voorzover dit noodzakelijk mocht blijken een lagere stemming door verlenging van pijpen te herkrijgen, expressions dicht solderen, kleinere pijpen verlengen en stemkrullen hoger stellen. Het tongwerk geheel herstellen. Het geheel bezien op te vervangen voeteinden i.v.m. versuikering daarvan. |
Windvoorziening: | Balgen herstellen een aansluiting van schepbalgen op magazijnbalg geheel bruikbaar maken. Trapinstallatie: verlengen van treden, die nu afgezaagd zijn. Motor vrijstaand van de kas achter het orgel met houten kanaal plaatsen. |
Orgelkas: | Het geheel schoonmaken, hang- en sluitwerk verbeteren en uitgezaagd stuk in onderluik achterzijde aanvullen, noodzakelijk geworden door het verplaatsen van de windmachine. Door houtworm aangetaste onderdelen impregneren daartegen en die delen die een dragende of steunende functie hebben en door houtworm teveel zijn aangetast vervangen. |
Conducten: | Gedeukte conducten uitdeuken en opnieuw aansluiten. |
Klavieren: | Klavier van het "werk" uitbleken, uitgesleten delen vervangen (wit ivoor) verdwenen stukjes aanvullen en op dezelfde wijze nagelen als in aanleg is geweest. Bakstukken en muziekbak nazien, ev, opnieuw verlijmen, onhoudbare delen van gelijke makelij vervangen. |
Utrecht, 5 november 1966. Adviseur Lambert Erné |
Foto (01) Situatie voor de restauratie van 2017-2022
Foto: André van
Dijk. 06-02-2010 (01)