Dispositieverzamelingen internationaal
De
Duitse publicist Ulrich Martini heeft in 1975 een overzicht opgesteld van 52 hem
bekende dispositieverzamelingen tot 1855.[1]
Het is opvallend dat hij zich kennelijk beperkt heeft tot het vasteland van
Europa en daardoor ontbreken in zijn boek enkele belangrijke Engelse
verzamelingen, zoals bijvoorbeeld het ‘Leffler-Manuscript’ en de ‘Sperling
Notebooks’.[2]
Martini hanteert met betrekking tot het begrip dispositieverzameling de volgende
definitie:
’Unter dem Begriff “Dispositionssammlungen”
werden hier alle instrumentenkundlichen Schriften verstanden, die mindestens 3
Orgeldispositionen erhalten. Dabei ist ohne Belang, ob es sich um bereits
realisierte oder noch zu realisierende Entwürfe oder aber um rein theoretische
Musterdispositionen handelt. Die Dispositionen können alleiniger Inhalt oder
auch nur Teil einer Schrift sein. Entscheidend für die Einbeziehung einer
Abhandlung in diese Untersuchung ist ihr Zusammenhang mit der Orgel, ihrer
Geschichte und ihrem Bau. Wichtig ist ferner, dass die Schrift irgend einen
systematischen Aufbau und eine instrumentenkundliche Zielsetzung zeigt, also
über den Rahmen einer bloßen Materialsammlung hinausgeht’.
Deze formulering is echter
dermate ruim genomen, dat vrijwel ieder boek over orgels waarin disposities
voorkomen onder deze categorie zou vallen. Zo valt naar de mening van Martini
zelfs het boek van Jan van Heurn, met daarin slechts 23 disposities (bovendien
allemaal dispositievoorbeelden), onder de het begrip dispositieverzameling[3].
Ook is de door Martini gehanteerde grenswaarde van minimaal drie beschrijvingen
arbitrair gekozen. Gelukkig brengt hij verderop in zijn boek binnen de boven
aangehaalde formulering een nadere onderverdeling aan[4]:
-
Reine
Dispositionssammlungen;
-
Lehrwerke;
-
Werksverzeichnisse einzeler Orgelbauer, Zustandsberichte
und Bestandsaufnahmen.
Omdat Martini het accent legt op verzamelingen tot 1855, blijven in zijn boek
een aantal andere meer recente waardevolle verzamelingen grotendeels buiten
schot, zoals bijvoorbeeld voor wat betreft het Duitse taalgebied de volgende
verzamelingen[5]:
-
Fr.
Kriegeskotten, Die Kirchenorgeln der
Grafschaft Stolberg-Rosla[6];
met
betrekking tot België kennen we de volgende internetpublicatie:
-
Emile Humblet, Orgelsamenstellingen
(1965)[7].
tenslotte uit Denemarken:
-
Else-Marie Boyhus: Orgeldispositioner fra
Sønderborg Amt (1961)[8]. Deze publicatie is - de titel ten
spijt - niet zo zeer een dispositieverzameling, maar meer een met vele
disposities gelardeerd overzicht van instrumenten in die regio tot rond 1860[9].
-
Wolfgang J.
Brylla, Eine unbekannte Sammlung von
Orgeldispositionen aus dem 17. Jahrhundert [Hertels Sammlung],
in Beiträge zur Musikgeschichte Schlesiens.
Musikkultur – Orgellandschaft. Tagungsbericht Liegnitz 1991, onder redactie
van Helmut Loos, 5:327-51. Deutsche Musik
im Osten (Bonn, 1994);
-
Max Reinhard
Jaehn, Die Dispositionssammlung des
Orgelbauers Theodor Vogt (Lübeck),
Acta Organologica 32 (2011), 191-229;
-
Franz-Josef
Vogt, Die dispositionssammlung des
Potsdamer Orgelbauers Carl Eduard Gesell. Eine unbekannte Quelle zur Geschichte
des rheinisch-westfälischen Orgelbaus.
Acta Organologica 13 (1979), 199-215;
-
voor wat betreft Nederland: de verzamelingen van Johan van Meurs en Loek Boogert.
[1]
Ulrich Martini, 3-5. Hij behandelt wel de dispositieverzameling in de
Duitse uitgave van het boek van Johann Seidel, maar was kennelijk niet
op de hoogte van het bestaan van de Nederlandse versie door Meijer.
[2]
Het Leffner-manuscript (+1800)
is aanwezig in de collectie van het British Institute of Organ-Studies;
de Sperling Notebooks (+1850)
zijn aanwezig in de collectie van
The British Organ Archive, dat wordt beheerd door de Universiteit
van Birmingham. Qua ouderdom is deze laatste verzameling voor Martini
mogelijk een grensgeval.
[3]
Jan van Heurn, De orgelmaker
(Dordrecht 1804), dl. 3, 321-348.
[4]
Ulrich Martini, 99-100.
[5]
Dit overzicht is uiteraard niet limitatief.
[6]
Deze verzameling dateert van kort na 1900. Friedrich Kriegeskotten heeft
niet alleen de disposities genoteerd, maar heeft ook globale schetsen
van de fronten gemaakt.
[7]
Deze verzameling telt 47 disposities en is te vinden op
www.orgelkunst.be.
[8]
Sønderjydske Årbog,
73/2 (1961), 231-249.
[9]
Volgens een mededeling van het
Nationale Museum te Kopenhagen (de Deense equivalent van de RCE)
zijn ook in dat land particuliere verzamelingen bekend. Ze zijn alle
verwerkt in de Deense orgelinventarisatie, te vinden onder
www.orgel.natmus.dk;
de op deze site vermelde bouwjaren slaan overigens altijd op de ouderdom
van het binnenwerk en niet van de orgelkast.
[10]
Deel 7, de 2e update van deze inventarisatie is wording.
[11]
Uitgave NIvO, 1997-2010.