Odoorn, Hervormde kerk

Informatie over de kerk

Tekening van de in 1856 afgebroken oude kerk Klik op de tekening voor een vergroting (25)

Meer informatie omtrent de kerk en de activiteiten vindt U op de site van de Stichting Oringer Kerk en Cultuur. Zie http://www.sokc.nl

Geluidsopnamen Geert Jan Pottjewijd d.d. 23 juli 2020
Het was lastig opnemen omdat gedurende de opname nogal wat hinderlijke hangers ontstonden. Gelukkig was Wim Boer, de organist van de kerk, aanwezig. Zijn suggestie te spelen op het hoofdwerk met manuaalkoppel loste het manuaal probleem op.
Voor de hanger op het pedaal (A) bleek geen oplossing voorhanden. De hangers treden af en toe op onder invloed van het weer. Blijkbaar had ik die avond pech.

 - J.S. Bach (1685-1750): Fuga in G BWV 576
 - John Travers (1703-1758): Cornet Voluntary
 - Jonathan Battishill (1738-1801): Air



1856: De oude kerk wordt, op het koor na, afgebroken. Er wordt een tekening vervaardigt van de oude kerk. Er zijn plannen om in de nieuwe kerk een orgel te plaatsen.


Provinciale Drentsche en Asser courant 07-05-1856 Klik op de tekening van de nieuwe kerk voor een vergroting (25)

1860: Hendrikus Zegering uit Exloo besluit de kerk een orgel te schenken in ruil voor een aantal zitplaatsen in de kerk. Dit leidt tot een groot aantal brieven die terug zijn te vinden in het archief van de kerkvoogdij en het Provinciaal College van Toezicht. Details over het orgel zijn in deze documenten niet te vinden. Van Oeckelen zal het contract rechtstreeks met Zegering hebben gesloten.
Kerkvoogdij:
In de vergaderingen van 26 maart en 2 april komt de schenking van een orgel door Hendrikus Zegering uit Exloo aan de orde.
Op 12 april een brief van het Provinciaaal College van Toezicht (PCT) dat de notabelen van de hervomde kerk op 2 april hebben besloten de gift van Hendrikus Zegering aan te nemen om een orgel aan de kerk te schenken. Als tegenprestatie schenkt de kerk de voorste zitbank op de orgelbeun aan de fam. Zegering. Wel dient een zitplaats voor de organist op die bank beschikbaar te zijn. Ook krijgt hij beneden in de kerk twee zitplaatsen achter de bank van de koster. De vraag van het PCT is of Zegering deze zitplaatsen ook voor iemand anders mag bestemmen en of ze later overgaan op zijn erfgenamen.
Op 17 april komt in de vergadering aan de orde het eigendom van zitplaatsen over te dragen aan Hendrikus Zegering. Hiervoor is toestemming nodig van het Provinciaal College van Toezicht van de hervormde gemeenten in Drenthe (PCT).
Op 22 mei een vervolgbrief van het PCT.
Op 16 juni komen de zitplaatsen weer aan de orde. Aan de rechterzijde van het verslag een verklaring van Hendrikus Zegering omtrent het verkrijgen van de zitplaatsen als tegenprestatie van het schenken van het orgel.
Van 6 juli dateert een derde brief van het PCT.
Van 27 juli een document van Gedeputeerde Staten van Drenthe.
Van 12 september een akte.
Van 6 oktober dateert een slecht leesbaar document.
Van 18 december een document van de PCT. Op 10 oktober in het notulenboek een brief aan de koning voor de transactie met het kerkorgel.
Op 7 november komen de zitplaatsen weer aan de orde. (16) (21)

Provinciale Drentsche en Asser courant 05-04-1860


Leydse courant 13-04-1860


Boekzaal 1860 blz. 461

Provinciaal College van Toezicht
In de indexen komt de schenking van het orgel en de toekenning van zitplaatsen aan de orde in de vergaderingen van april, juli en december 1860- mei 1861. (28)
Dit resulteert in de verbalen: 31, 35, 39, 44, 82 en 87. (29)


1861:
Kerkvoogdij
Op 12 januari komt de orgelschenking weer aan bod in een vergadering.
Ook op 20 februari komt de orgelschenking weer ter sprake. De bouw en plaatsing van het orgel komen voor rekening van Zegering. De voorbereidingen in de kerk, om het het orgel te kunnen plaatsen, komen voor rekening van de kerk.
Van 6 maart is er een brief van de PCT dat er voor de schenking ook toestemming van de Minister van Eredienst is. (21)
De schenkingsacte bij notaris Oosting uit Emmen dateert van 20 april. (16)
Het nieuwe orgel van Petrus van Oeckelen wordt op 20 mei 1861 (2e pinksterdag) in gebruik genomen door ds. Lieftinck. (01)

Provinciale Drentsche en Asser courant 16-05-1861


Provinciale Drentsche en Asser courant 23-05-1861


Boekzaal der Geleerde Waereld, 1861 blz. 645/646


Verslag van Gedeputeerde Staten aan de Staten der provincie Drenthe ..., 1861, 01-07-1861 blz. 176 en 178

Op 13 juli 1861 een document met een besluit op 4 juli van koning Willem III.
Op de kerkvoogdijvergadering van 16 juli wordt melding gemaakt van de aanschaf van koraalboeken bij organist J. Baning te Dalen.
Op 21 augustus wordt besloten het orgel te verzekeren voor f 2.100,-. De deur van naar de orgelbeun wordt verplaatst naar de trap.
Op 30 november wordt in de kerkvoogdijvergadering bij punt 5 besloten dat de organist een traktement krijgt van f 55,- per jaar en de blaasbalgentrapper f 15,- per jaar. (21)

College van Toezicht
De schenking komt ook weer aan de orde in de vergaderingen van het College van Toezicht op de vergaderingen van 2 februari en 8 mei. (28)
Dit resulteert in de verbalen 11, 17, 19, 42 en 59 (30) (31)


1862:  In de kerkvoogdijvergadering van 20 april komt het orgel weer ter sprake: hoe de waarde te bepalen? (21)


Provinciale Drentsche en Asser courant 01-05-1862, 06-05-1862


Provinciale Drentsche en Asser courant 02-08-1864

1870: Op 30 december wordt  gemeld dat Henderiken Egberts Pott die functioneerde als koster, voorlezer en voorzanger eervol ontslag te verlenen. In zijn plaats wordt Johannes Hamminga benoemd als organist, koster een voorlezer. Een voorzanger is niet meer nodig. (22)

Provinciale Drentsche en Asser courant 25-02-1870, 12-04-1870


Winschoter courant 14-01-1874

1881: Op 14 januari schrijft orgelmaker Roelof Meijer dat hij nog f 30,- te goed heeft voor stembeurten in 1878 en 1880. (20)

1883: Op 13 juni een lastig te interpreteren brief van de orgelmaker Roelof Meijer aan de kerkvoogdij van Odoorn. Meijer beantwoordt een vraag van de kerkvoogdij om geld te laten staan na een reparatie.
In de tekst op de achterkant van de brief is ook sprake van een bedrag van f 200,-. (18)
Dit bedrag slaat op een rekening van Van Oeckelen. De kerkvoogdij heeft grote moeite deze te betalen. (27)

Op 22 juli wordt besloten niet verder te gaan met Roelof Meijer en Van Oeckelen de gebreken van het orgel te laten inventariseren.

Op 11 september schrijft H. van Oeckelen dat hij het jammer vindt dat hij de reparatieopdracht niet heeft gekregen. Van Oeckelen biedt aan dat als het werk nog niet begonnen is de werkzaamheden volgens een dagtarief van f 4,- uit te voeren. Dan wordt het goedkoper. (18)

1889: Op 6 juli bericht de kerkvoogdij dat Van oeckelen uit Veendam! het orgel heeft gerepareerd. Hiervoor wordt 2x f 10,- betaald (twee stembeurten)


Provinciale Drentsche en Asser courant 09-09-1890

1891: Derk Benink volgt Harmens Hoving op als orgeltreder. Van Harmens Hoving is een rijmpje bewaarde gebeven:
'k heb nu acht en twintig jaren
't orgel in deez' kerk getreeën
't spijt ,ij dat ik nu moet bedanken
omdat ik vertrek naar elders heen
Maar al moet ik thans bedanken
Eén ding staat mij heerlijk aan
ik kan met een gerust geweten
Voor mijn post bedanken gaan. (27)

1893: Op 28 november beslist de kerkvoogdij dat de onderhoudspost van het orgel wordt verhoogd van f 15,- naar f 65,-.

1894: Op 6 december wordt de post onderhoud orgel verhoogd van f 50,- naar f 115,-

1895: Op 12 december wordt gesteld dat bij het begroten van de kosten voor de restauratie van het orgel in 1896 geen rekening is gehouden met het vergulden van de pijpmonden. Dit is nodig omdat het verguldsel beschadigd raakt bij het polijsten van de pijpen. De kosten worden met f 30,- verhoogd.

1896: Op 22 december wordt geconsteerd dat de restauratie goed is verlopen. Van Oeckelen kan worden uitbetaald.

1897: Op 29 november ging het orgel verloren bij een kerkbrand.  (01)
Op 1 december vergadert de kerkvoogdij over de ontstane situatie na de kerkbrand van 26 november.

De armluchters van het orgel zijn echter bewaard gebleven gezien de tekst in Het Kerkkrantje Lentemaand (25e jaargang) Maandblad no. 236 1959 blz. 6:
"De armluchters bij ons kerkorgel ( bij het klavier) zijn nog afkomstig uit de  oude in 1856 afgebrande kerk.
In 1932 verzocht prof. dr. A.E.van Giffen deze fraaie koperen voorwerpen aan het Prov. Museum te willen afstaan.
Dit verzoek werd afgewezen. Gelukkig maar: waarom alle moois van vroeger opeengehoopt in een museum?
Het weinig moois dat de meeste kerken nog slechts van vroeger hebben hoort daar thuis waar het gedurende zoveel jaren of eeuwen ‘geleefd’ heeft, ook wanneer het alleen van koper of andere materiaal is gemaakt.
H.van Lunzen"
(14)


Provinciale Drentsche en Asser courant 30-11-1897

1898:
Op 10 februari en 5 maart beschrijft Odoorn aan de synode van de Hervomde Kerk de situatie die ontstaan is na de brand van 26 november 1897. De verzekering zal f 8.500,- uitkeren. Het herbouwen van de kerk is aanbesteed voor f 8.529,- Een klein nieuw kerkorgel zal f 3.000,- kosten en een luidklok f 900,- Samen met enkele andere kosten komt de kerk nog f 4.200,- tekort.  (20)
Het verzoek wordt afgewezen.

Handelingen van de 83ste Gewone Vergadering van de Algemeene Synode der Nederlandsche Hervormde Kerk, ten Jare 1898

Op 6 april beantwoordt het klassikaal bestuur van Emmen een vraag om geldelijke ondersteuning van Odoorn. Blijkens de brief willen ze wel ondersteunen voor de herbouw van de kerk, maar niet voor de aanschaf van een luidklok en een orgel. Blijkbaar was het orgel niet verzekerd tegen brandschade. (20)

Provinciale Drentsche en Asser courant 18-05-1898, 26-08-1898


Provinciale Drentsche en Asser courant 13-04-1899, 25-04-1899, 27-05-1899


Emmer courant 08-04-1899, 12-04-1899

1899: Op 22 april deelt J. Hadders uit Valthe in de vergadering van de kerkvoogdij mee dat hij het plan heeft een orgel aan de kerk te schenken. J. Hadders is een neef van de schenker van het orgel uit 1860. Hij verlangt geen tegenprestatie. Er wordt besloten een plaquette bij het orgel aan te brengen voor de schenker. (24)
Zie ook een extract uit de notulen (17)
Op 11 mei schrijft het Provinciaal College van Toezicht van de Hervomde Kerk in Drenthe dat ze geen bezwaar hebben tegen de schenking van het orgel door Hadders, omadt Hadders geen tegenprestatie verwacht. (20)
De bouw van het orgel door de gebroeders van Oeckelen staat onder toezicht van M.H. van 't Kruijs. (02) (03)
De ingebruikname vindt op 4 juni 1899 plaats door ds. H.G. Tonsbeek uit Roswinkel en organist is M.H. van 't Kruijs.
Op het orgel staat de volgende tekst: "Dit orgel is een geschenk van den heer JAN HADDERS te Valthe. Ging, wat H. Zegering schonk, bij 's Beehuis ramp verloren. Thans in de gift des neefs prijkt nog des ooms herboren. Hoe 't vuur ook woeden mocht, de mildheid won de strijd. Zoo juicht dan, orgelklank, opnieuw aan God gewijd".


Ontwerp door Van Oeckelen. Archief Mense Ruiter (Publicatie SGOL nr. 9 mei 1985)
Klik op de afbeelding voor een vergroting



Provinciale Drentsche en Asser courant 16-06-1899



Genealogische en heraldische gedenkwaardigheden in en uit de kerken der provincie Drenthe 1937


Het orgel 1899-04 mei en Het orgel 1899-05 juni


Het nieuws van den dag : kleine courant 19-04-1899


Het nieuws van den dag : kleine courant 09-06-1899


Handelingen van de 84ste Gewone Vergadering van de Algemeene Synode der Nederlandsche Hervormde Kerk, ten Jare 1899
GJP: Blijkbaar was een subsidie nu wel mogelijk in tegenstelling tot de beslissing in 1898



Emmer courant 12-09-1900

1905: Koster/organist Hamminga stopt als organist. De kerkvoohdij spreekt uit dat 'het wenschelijk is dat het de betrekking van hoofd der school en koster te Odoorn in eén persoon blijven verenigd'. Als opvolger wordt K.H. Eggens benoemd.  (27)


Provinciale Drentsche en Asser courant 11-04-1905, 26-04-1905, 09-05-1905 (uit raaadsvergadering gemeente Odoorn)


Provinciale Drentsche en Asser courant 28-11-1917



Ansichtkaart van voor 1920



Provinciale Drentsche en Asser courant 13-06-1921


Provinciale Drentsche en Asser courant 23-03-1926


Provinciale Drentsche en Asser courant 17-11-1927

1932: K.H. Eggens neemt afscheid als koster/organist. Op 6 oktober wordt J. Cats benoemd als organist. Hendrik Nijhoff wordt benoemd als koster. (27)


Provinciale Drentsche en Asser courant 27-09-1932, Emmer courant 27-09-1932

1934: Op 19 april schrijft Flentrop als antwoord op een vraag van de kerkvoogdij waarom het stemmen nu f 25,-  in plaats van f 15,- kost. Dit bedrag zou wel kunnen, maar dan moet alles in 1 dag gebeuren en dit zal gaan ten koste van de kwaliteit.
Op 2 mei schrijft Flentrop dat hij van dhr. Frank in Emmen heeft gehoord dat men in Odoorn van plan is een windmotor aan te schaffen. Men was van plan dit door een electricien te laten doen. Dit lijkt Flentrop geen goed plan.
Graag plaatst Flentrop een Meidinger windmachine voor f 250,-  in samenwerking met de electricien.
Op 15 mei schrijft Spiering dat ze graag het orgel in onderhoud willen houden. Ze hebben een filiaal in Groningen en dus weinig reiskosten.
Op 22 mei schrijft de kerkvoogdij aan Flentrop dat zijn aanbieding in de volgende vergadering aan de orde komt.
Flentrop levert een briefje in met de kosten voor de windmotor excl. het werk van de electricien voor f 280,- Hij rekent ook voor dat de orgeltrapper f 40,- per jaar krijgt. Als je daar het stroomverbruik fa. f 17,- van aftrekt ontstaat een besparing van f 23,- op jaarbasis.
Op 20 augustus bedankt Flentrop per briefkaart voor het verlenen van de opdracht. Flnetrop wil gaarg weten welek stroom beschikbaar is. (Volgens aantekening op de briefkaart 220 volt wisselstroom). Als hij komt dient de electricien de aansluiting gereed te hebben. (18)


De Nederlander 20-08-1934, Provinciale Drentsche en Asser courant 17-08-1934, 15-09-1934


Emmer courant 17-08-1934


Emmer courant 05-03-1937 Klik op de afbeelding voor een vergroting


Emmer courant 05-12-1939

1939: Op 19 december stelt Johan van Meurs een rapport op over de toestand van het orgel.
 - Het orgel is van uitstekende kwaliteit en het pijpwerk is in goede staat
 - Sommige registers lopen moeizaam en moet worden 'gepotlood'
 - Een grote schoonmaakbeurt is zeer noodzakelijk. Pijpen en pijproosters dienen te worden weggehaald voor de schoonmaak.
 - De kosten hiervoor bedragen f 440,-
 - Facultatief:
 - Toevoegen van een tremulant voor f 45,-
 - Plaats van een Voix Celeste vanaf c in plaats van de violoncel voor f 125,-
Als orgelmakers beveelt hij Klaas Doornbos en Mense Ruiter uit Groningen aan. (18)

1940:
Op 22 februari biedt Klaas Doornbos aan om voor f 335,- het orgel schoon te maken, te intoneren en te stemmen.
Van 28 februari dateert een brief van K.M. Luijten dat hij nog geen antwoord heeft gekregen op zijn brief van 30 januari.
Op 19 maart schrijft Luijten een antwoord op een brief van 11 maart vanuit Odoorn. Hij spreekt zijn verwondering uit over het feit dat men het schoonmaakwerk voor het orgel zonder advies of tegenofferte heeft gegund aan een orgelmaker. Luijten is orgeladviseur voor de provincie Drenthe voor de Hervormde Kerk.Op 22 april maakt K.M. Luijten een rapport over de toestand van het orgel.
 - Ruimte in de mechaniek door slijtage
 - Voetpedaal met uitgeholde boventoetsen
 - Uitstekend orgel, maar veel vervuiling. Schoonmaak nodig.
 - Intonatie niet mooi en onregelmatig
Op 13 juli schrijft Flentrop dat hij met verbazing kennis heeft genomen van de brief van 11 juni van de kerkvoogdij dat het schoonmaken van het orgel is gegund aan een andere orgelmaker.
Op 3 augustus schrijft Johan van Meurs dat hij aanstaande vrijdag naar Odoorn komt  om rapport uit te brengen over het gereedkomen van de werkzaamheden aan het orgel. Hij is ook bereid voor publiek een concert te geven. De ksoten daarvoor bedragen f 15,- inclusief reiskosten.
Op 16 september bericht Flentrop dat hij nog geen antwoord heeft gekregen op zijn brief van 13 juli en dat ze in 1941 weer het orgel mogen stemmen. (18)

Informatie uit het boek van Jaap Brouwer over Johan van Meurs (19)
Organist en orgeladviseur Johan van Meurs kreeg op 11 maart 1940 van de kerkvoogden van Odoorn de volgende opdracht:
"Bij deezen deelen wij U mede dat ons College aan U heeft opgedragen het houden van Toezicht op het schoonmaken van het orgel in de kerk te Odoorn.
Genoemde Schoonmaak zal geschieden door den heer Doornbos, orgelmaker á costi.
Aan Doornbos is tevens medegedeeld, dat eventueele herstellingen of vernieuwingen niet eerder mogen worden uitgevoerd, dan na gepleegd overleg met U en ons College.
Kerkvoogden der Ned.Herv.Gem. Odoorn".
Later schreef Van Meurs op deze opdracht:
Afrekening Doornbos     ƒ 335
6 nieuwe pijpen             9,—
oponthoud
1 slot 0,90
  ------
ƒ358,40

Eigen afrekening 14-9-‘40  
advies en toezicht ƒ 22,50
onkosten 5,95
  --------
  ƒ 28,45

In het lokale kerkblad werd in september gemeld: ‘Ook [...] het orgel, is ter dege schoongemaakt en nieuw gestemd. Dit prachtige instrument, in 1899 geschonken door wijlen Jan Hadders (Valthe), nkt nu weer in volle zuiverheid. Het schoonmaken en stemmen geschiedde door den orgelbouwer aas Doornbos (Groningen), terwijl voor de kerkvoogdij optrad als orgelbouwkundig adviseur de heer i. v. Meurs, muziekleeraar en organist te Groningen’.

Johan van Meurs noteert de gegevens van het orgel in zijn dispositiecahier

Klik op de afbeelding voor een vergroting
Uit het boek van Jaap Brouwer: Johan van Meurs - Een studie over een pionierend orgeladviseur


Provinciale Drentsche en Asser courant 02-01-1942, 16-04-1946, 02-03-1949


Provinciale Drentsche en Asser courant 13-04-1949


Provinciale Drentsche en Asser courant 21-09-1950

1970: Ds. Roodzand belt op 31 juli met het Bureau Monumentenzorg over de restauratie van het koor van de kerk. de kerk zit krap bij kas en er zijn ook restauratieplannen voor het orgel. (26)

1971: Restauratie door A.J. Opten. De windladen werden gerestaureerd door Verschueren. In gebruikname met een bespeling op 6 juni 1971 door Johan Beeftink. De dienst werd geleid door ds. Roodzant. (04)


Ds. Roodzant op de kansel tijdens zijn welkomstwoord nav. de restauratie van de kerk.

1982: In de eerste bouwveragdering op 10 juni 1982 van de kerkrestauratie wordt gevraagd of het orgel moet worden ingepakt. Dit is niet nodig als de toegngsdeuren naar de toren luchtdicht worden afgesloten.
Op 2 december schrijft schilder Hagenouw dat ze op de volgende bouwvergadering duidelijkheid willen hebben over o.a. de kleur van de onderkant van de orgelgalerij en wat te doen met de kist blaasbalg orgel. (26)

(26)

1983: In de laatste bouwvergadering van 10 febrauari wordt besloten de orgelkas pas op het allerlaatste moment uit te pakken, waarna de schilder nog het nodige aan het front kan doen.
Rekening van 24 februari van Schilder Hagenouw voor onder andere 'kist blaasbalg, kast op galerij, voorkant orgelgalerij'.
De kerk werd op donderdag 24 maart weer in gebruik genomen. (26)

1994: Melding van een oergelbespeling door Peter van Dijk uit Utrecht

Nederlands dagblad: 26-05-1994

2002: Op 4 april schijft Aart van Beek een rapport over het orgel na een bezoek aan het instrument op 14 december 2001. (voor de volledige tekst zie onderaan deze pagina)
Eerder werd al een onderzoek uitgevoerd op 13 januari 2000 op bais van een bezoek op 26 november 1999.
het onderzoek wordt uitgevoerd omdat er regelmatig hangers ontstaan. wat is hiervan de oorzaak? De klaviatuur is nog origineel. Het pedaalklavier en de orgelbank zijn vernieuwd. Ze zijn echter wel bewaard.
De hangers worden veroorzaakt door de afstelling van de stekers van het Hoofdwerk en van de winkelhaken eronder. Er kan worden volstaan met groot onderhoud, waarin de mechaniek opnieuw kan worden afgesteld.
De stemvloer is onveilig en dient verbeterd te worden.
Op 22 mei schrijft organist Wim Boer dat hij het helemaal eens is met het rapport van Aart van Beek.
Op 27 juni schrijft Mense Ruiter een offerte voor het oplossen van de grootste problemen. Het orgel werd bezocht op 3 juni. Het bovenwerk is niet onderzocht vanwege de onveilge werkvloer.
De kas staat aan de voorzijde ernstig uit het lood, waardoor ook het binnenwerk verzakt en de mechaniek uit balangs raakt. De achterluiken zijn veel te zwaar, waardoor het stemmen van de Trompet zeer moeizaam is. Het nieuwe pedaalklavier ligt te hoog. De balg kon niet worden gecontroleerd omdat de deuren muurvast zaten. Windladen zijn al eens gerestaureerd en zijn in goede conditie. Het pijpwerk is in goede conditie.
Er wordt voorgesteld om houten geleidelat te maken voor de loden winkels te maken. De werkvloer van het bovenwerk moet worden gecompleteerd en voorzien van een leuning. Stukje toetsbeleg vervangen.
De werkzaamheden worden in 2003 door een andere orgelmaker uitgevoerd. (32)

2003: Groot onderhoud op 3 april en 20 mei 2003 door J. Holthuis en H. van der Veen van de fa. Reil. (06) (15)



Dispositie:

Hoofdwerk C-f''' Bovenwerk C-f''' Pedaal C-d'
Bourdon 16' Violoncel 8' Aangehangen
Prestant 8' Holfluit 8'
Roerluit 8' Viola di Gamba 8'
Octaaf 4' Fluit 4'
Quintfluit 2 2/3' Woudfluit 2'
Octaaf 2'
Cornet V discant
Trompet 8'
De pedaalbank en het pedaal zijn nieuw (1971)

2011: De kerk is in restauratie. Het orgel is ingepakt. Zie onderstaande foto van Harry Tielman uit het Dagblad van het Noorden d.d. 08-02-2011 (07)


2012: Foto's van na de restauratie van de kerk




2016: De hervormde kerk van Odoorn is samen gegaan met de Grote kerk van Emmen. Het kerkgebouw is overgedaan aan het Drents Landschap.
Men slaagde er niet meer in bestuursleden te krijgen. Het bestuur wordt nu overgenomen door Emmen. Er blijven eens per maand diensten plaatsvinden in het kerkgebouw.

2017: Het orgel is enigszins verzakt, waardoor de mechanieken langzamerhand steeds slechter gaan werken. Het orgel is nu door orgelmaker Reil "opgekrikt".
Hierdoor is de speelaard nu zeer verbeterd. Op dit moment wordt samen met de nieuwe eigenaar het Drents Landschap gezocht naar fondsen voor de restauratie van het orgel.

2021: In het Kerkkrantje Nr. 912, 84e jaargang Juli\augustus 2021 wordt door organist Wim Boer bericht over restauratieplannen van het orgel door het Drents Landschap.

2023: De eigenaar van de kerk Het Drents Landschap is bezig met de financiering voor een restauratie in 2025. De provincie heeft inmiddels een toezegging gedaan van EUR 100.000,-.

Tijdschrift 'Het Drentse Landschap' 2023 september (Klik op de afbeelding voor een vergroting)

2024: Het Drents landschap heeft een projectplan geschreven om de nodige financiële middelen te generen om de restauratie in 2025 door orgelmaker Reil mogelijk te maken.


Foto: Wim Boer (Facebook) (13)




Foto's Wim Boer Whatsapp 14 mei 2017

Bronvermelding:
  1. Boekzaal 1861 I blz. 645-646, Caecilia 1861/12
  2. Het Orgel 1899
  3. Kerkelijke courant nr. 24 27 juni
  4. Emmer Courant 8 juni 1971
  5. Het rapport van Aart van Beek uit 2002 werd mij ter beschikking gesteld door Wim Boer
  6. E-Mail van Wim Boer d.d. 20-5-2003 20:12
  7. In een Email op 16 februari 2011 attendeerde Wim Boer mij op dit artikel
  8. Boek: Repertorium van de orgels gebouwd door Petrus van Oeckelen Blz. 74 door Lex Gunnink
  9. Boek: Langs Nederlandse orgels Groningen, Friesland, Drenthe door Frans Talstra
  10. Boek: Het Nederlandse historische orgel 1894-1901 blz. 253-255
  11. www: http://reliwiki.nl/index.php?title=Odoorn,_Valtherweg_1_-_Margaretha (kerk 1899)
  12. www: http://reliwiki.nl/index.php?title=Odoorn,_Valtherweg_-_Margaretha_%281856_-_1897%29 (Kerk 1856)
  13. Facebook Wim Boer 14-05-2017
  14. Email van Wim Boer d.d. 31-12-2019
  15. Bericht van organist Wim Boer in het Kerkkrantje, 66e jaargang, nr. 737, september 2003
  16. Drents Archief: 0375 Nederlands Hervormde Gemeente Odoorn 114 Stukken betreffende de schenking van een orgel door H. Zegering, landbouwer te Valthe; 1860
  17. Drents Archief: 0375 Nederlands Hervormde Gemeente Odoorn 115 Stukken betreffende het vernieuwen van orgel en kerkklok na brand; 1889-1899
  18. Drents Archief: 0375 Nederlands Hervormde Gemeente Odoorn 116 Stukken betreffende het onderhoud van het orgel; 1889, 1934, 1940
  19. Boek: Jaap Brouwer, Johan van Meurs - Een studie over een pionierend orgeladviseur, Philip Elchers, 2017
  20. Drents Archief: 0375 Nederlands Hervormde Gemeente Odoorn 75 Ingekomen stukken en minuten van uitgaande stukken 1856-1914
  21. Drents Archief: 0375 Nederlands Hervormde Gemeente Odoorn 65 Notulen kerkvoogden en notabelen 1825-1865
  22. Drents Archief: 0375 Nederlands Hervormde Gemeente Odoorn 77 Register uitgaande stukken 1869-1874
  23. Drents Archief: 0375 Nederlands Hervormde Gemeente Odoorn 74 Register van ingekomen stukken 1853-1879
  24. Drents Archief:  0375 Nederlands Hervormde Gemeente Odoorn 68 Notulen kerkvoogdij 1883-1907
  25. www: Facebook - Oud Drenthe in Woord en Beeld - Hans Spoor - 14 januari 2023
  26. Drents Archief: 0913 Archief van de afdeling Monumentenzorg van de provincie Drenthe 1091 Odoorn, Valtherweg 1 (NH kerk); 1968-1983
  27. Boek: Geert D. van bergen, De kerk van Odoorn, eigen beheer, 1998
  28. Drents Archief: 0446 Provinciaal College van Toezicht Hervormde Gemeenten Indices op de verbalen 128 1860-1863
  29. Drents Archief: 0446 Provinciaal College van Toezicht Hervormde Gemeenten 60 Verbaal van het verhandelde op de vergaderingen 1860
  30. Drents Archief: 0446 Provinciaal College van Toezicht Hervormde Gemeenten 61 Verbaal van het verhandelde op de vergaderingen 1861 1e halfjaar
  31. Drents Archief: 0446 Provinciaal College van Toezicht Hervormde Gemeenten 62 Verbaal van het verhandelde op de vergaderingen 1861 2e halfjaar
  32. Archief Mense Ruiter



Rapport 2002 omtrent stand van zaken orgel

Nederlandse Hervormde Kerk
Gereformeerde Kerken in Nederland
Evangelisch-Lutherse Kerk in het Koninkrijk der Nederlanden

Commissie voor Orgelzaken -
Orgelcommissie der Ned. Herv. Kerk -Postbus 176 - 3300 AD Dordrecht.

Voorlopig Rapport, conform art. 2 der Generale Regeling voor de Orgelcommissie (ordinantie 11-8-4), betreffende het orgel in de Ned. Herv. Kerk te Odoorn.
Het onderzoek is uitgevoerd op 14 december 2001 door Aart van Beek.

Actuele vraagstelling
Op 26 november 1999 is een onderzoek uitgevoerd. De bevindingen hiervan staan in het Voorlopige Rapport d.d. 13 januari 2000.
Inmiddels is, naar bij het bezoek op 14 december 2001 werd meegedeeld, regelmatig hangerij aan de orde. De vraag is welke oorzaak dit heeft en op welke wijze het probleem opgelost kan worden.

Beknopt historisch overzicht.
Het instrument is in 1899 vervaardigd door de Gebr. Van Oeckelen te Glimmen. Blijkens de aangetroffen toestand is het instrument omstreeks 1970 geheel gerestaureerd. Het orgel is als onderdeel van het kerkgebouw een beschermd rijksmonument (Monumentnr. 31221, orgelnr. 1111).

Beschrijving.
Het orgel staat op een balkon aan de westzijde van het kerkinterieur. Het heeft een rijzig front dat in de balustrade is geplaatst. Het front heeft een ordening waarin een hoofd- en bovenwerk zich aftekenen. Het hoofdwerkfront is zevenledig en heeft, van buiten naar binnen, ronde torens vervolgens gedeelde vlakke velden, spitse zijtorens en in het midden een vlak veld. Het bovenwerkfront heeft een ronde middentoren en ongedeelde vlakke zijvelden. Vormgeving en ornamentiek vallen binnen het kader van de negentiende eeuwse neo-barok.
De klaviatuur bevindt zich in de noordzijde van de orgelkas. Afgezien van het niet originele voetklavier en orgelbank is de klaviatuur in de oorspronkelijke staat bewaard. Ook de fraaie koperen kandelaars zijn nog aanwezig. De fraaie originele orgelbank is achter het orgel bewaard. De registerplaatjes zijn geëmailleerd. Een enkel registerplaatje ontbreekt, de functie van deze knop is onduidelijk, mogelijk was deze slechts voor de symmetrie aangebracht.
De frontzijde en de zijwanden van de orgelkas zijn in een fraaie notenhoutimitatie geschilderd die waarschijnlijk nog de originele is of daarop gebaseerd.Tussen de achterwand en de torenmuur bevindt zich een stempad. Ter hoogte van het bovenwerk is de orgelkas door twee balken met de torenmuur verbonden. Op deze balken liggen losse planken die als "stemvloer" voor het bovenwerk moeten dienen.
De windvoorziening, een grote magazijnbalg met twee scheppers, bevindt zich in een kast aan de zuidzijde van de in het kerkinterieur springende toren.
Het hoofdwerk heeft een C- en een Cis-lade waarvan de canceldeling in hele tonen naar het midden toe afloopt. Bij de lade van het bovenwerk loopt de canceldeling vanuit het midden in hele tonen naar weerszijden af. Van beide werken bevindt de C-kant zich aan de noordzijde. De lade van het bovenwerk is tamelijk ondiep en ligt achterin de kas. Tussen het front en de bovenwerklade staan de afgevoerde pijpen van de drie Achtvoets-registers. Van de 70 frontpijpen zijn er 46 loos, waaronder het gehele front van het bovenwerk.

De dispositie luidt als volgt:

Hoofdwerk  C-f3  
Praestant 8' C t/m gs° in het front, a° t/m 13 op de lade. a° tim c3 expressions, cs3 t/m 13 natuurlijke corpuslengte.
Bourdon 16' C t/m h° eiken afgevoerd van de lade, ci tim 13 metaal.
Roerfluit 8' C t/m H eiken, c° t/m 13 metaal.
Octaaf 4' C t/m b1 expressions, h1 t/m cs2 stemkrul in rand, d2 t/m f3 natuuriijke corpuslengte.
Quintfluit 3' conisch pijpwerk, C t/m ds° stemkrullen in de bovenranden, e° t/m f3 natuurlijke corpuslengte.
Cornet II-V Samenstelling: 
a° 8' + 1 3/5'
b° 8' + 3' + 1 3/5' 
h° 8' + 3' + 2 + 1 3/5' = 
c1 8' + 4' + 3' + 2' + 1 3/5' 
8' metaalgedekt, overige koren cilindrisch open. 4' c1 t/m ds2 expressions, e2 t/m 13 nat. lengte. 3' b° t/m al expressions, bi t/m 13 nat. lengte. 2' h° t/m fs1 expressions, g1 t/m f3nat. lengte. 1 3/5' a° t/m dl expressions, dsl t/m 13 nat. lengte. Curieus is de ordening op de lade in verband met de beperkte ruimte. Van gs1 t/m f3 staat het achtvoetskoor aan de frontzijde van de pijpenstok en vervolgens de hogere koren volgens de aflopende voetmaat. Daaronder wordt deze ordening per volgend cancel (aan C- en Ciskant) steeds 180° gedraaid.
Octaaf 2' C t/m b° expressions, h° t/m f3 nat. lengte.
Trompet 8 bas/discant Deling tussen h° en c1. Metalen koppen en stevels. De stevels zijn voorzien van messing nngen aan de bovenzijden.
Bovenwerk  C-f3  
Violon  8' Geheel open register, geheel met expressions.
Holfluit  8' C t/m H houtgedekt, c° t/m f3 c2. open, geheel met expressions.
Viola di Gamba  8' Geheel open register. C t/m F afgevoerd, geheel met expressions.
Fluit 4' C t/m H gedekt, C° t/m 13 cilindrisch open. c° t/m d2 expressions, ds2 t/m b2 stemkrul in rand, h2 t/m f3 nat. lengte.
Woudfluit  2' Geheel cilindrisch open, C t/m csl expressions, dl t/m 13 nat. lengte.
pedaal  C-d1 Aangehangen  
Twee afsluiters - Manuaalkoppel en Windlosser

De toestand van het instrument.
De toestand is ton opzichte van het onderzoek in 1999 nauwelijks veranderd. Bij het recente onderzoek is de nadruk gelegd op het traceren van de oorzaak van de klachten. Na het geruime tijd bespelen van het instrument trad inderdaad hangerij op. Soms verdween de hanger vanzelf, soms pas na het morrelen aan de klaviatuur. Het toucher is robuust maar desondanks soepel te noemen. Ogenschijnlijk lijkt een vervanging van de klaviatuur een adequate oplossing. Dit is echter niet het geval. De klaviatuur is in principe in een nog redelijk goede conditie. De oorzaak van het probleem is de afstelling van de stekers van het hoofdwerkmechaniek en van de winkelhaken eronder.
De stekers zijn een onderdeel van het speelmechaniek van het ondermanuaal. Ze vormen de verbinding tussen de onderzijde van de toetsen naar de winkelhaken die zich in een balk boven de balkonvloer bevinden. De stekers zijn niet vierkant maar mm of moor rond afgeschuind.
Er is een geringe zijwaartse speling van de winkelhaken in de groeven van de balk. De stekers zijn niet vierkant maar rond afgeschuind. Als de bijbehorende toets wordt aangeslagen treedt een minieme zijwaartse torsie op. Soms wordt een naastliggende winkelhaak en/of stelmoer meegetrokken met de hangerij als gevolg.

Beleidsadvies.
De storingen in het mechaniek. De toestand van het orgel is als geheel nog redelijk. Een totale restauratie is niet acuut aan de orde. De storingen in het mechaniek zijn zo hinderlijk dat op dat punt maatregelen noodzakelijk zijn.
Het mechaniek van het hoofdwerk moet vanaf de toetsen tot en met de winkelbalk worden nagelopen op overmatige speling en waar nodig gerepareerd. Waarschijnlijk zal het richten van de draden aan de onderzijde van diverse stekers en het verminderen van de zijwaartse speling van sommige winkels afdoende zijn. Incidentele vervanging van draden/stiften en stelmoeren zal waarschijnlijk nodig zijn. Deze werkzaamheden kunnen worden beschouwd als (groot) onderhoud.

De jaarlijkse onderhoudskosten zijn via de BROM-regeling voor 50% subsidiabel tot een maximum van € 1.362,-- (voorheen fi. 3.000,—). Het is aannemelijk dat een goede orgelmakerij de aan de orde zijnde problematiek in ca. een a twee werkdagen kan oplossen, tenzij de gehele winkelbalk moet worden gedemonteerd. Hulp van een gemeentelid kan de kosten reduceren.

Dit onderhoudswerk kan het beste worden uitgevoerd door een orgelmakerij die over veel ervaring met restauratie en onderhoud van de orgels van Van Oeckelen beschikt. Wij noemen de volgende bedrijven:

Orgelmakerij Bakker & Timmenga te Leeuwarden.
Mense Ruiter Orgelbouw to Zuidwolde (Gr).
Orgelmakerij Gebr. Reil te Heerde.

De stemvloer.
Bij het laatste onderzoek was de toestand van de stemvloer achter het bovenwerk ten opzichte van het onderzoek in 1999 niet gewijzigd. Het verdient aanbeveling om deze zeer onveilige situatie te verbeteren. Voor de uitwerking daarvan is in het Voorlopige Rapport d.d. 13 januari 2000 een aanbeveling gedaan. Vanwege dit (on)veiligheidsaspoct is het bovenwerk bij het recente onderzoek niet onderzocht. Voor de vraagstelling was dat overigens niet noodzakelijk. Het mechaniek van het bovenwerk functioneert zonder storingen.

Onderhoud en restauratie in de toekomst.
Bij de bespreking op 14 december 2001 is aan de orde geweest dat er waarschijnlijk in 2004 een nieuwe subsidieregeling effectief wordt, de zgn. BRIM-regeling. Daarbij is besproken dat deze regeling procedureel soepeler zal werken dan de huidige BRIM-regeling.

Conclusie.
De veronderstelling dat de klavieren vervangen zouden moeten worden is niet terecht. Herstelling en afregeling van het mechaniek is goed mogelijk en kan in de loop van dit jaar in het kader van de bestaande BROM-regeling worden uitgevoerd.

Dordrecht, 4 april 2002.

Fotoserie door Roelof Kooiker begin 2009